Het beste komt nog!(1)

Preek gehouden in de Dorpskerk van Vreeswijk, op 27 augustus 2023, een dag voor het herseninfarct. Gelezen 1 Petrus 1-12 en Zondag 52 van de HC: (128)Hoe besluit je jouw gebed? ‘Want van U is het Koninkrijk en de kracht en de heerlijkheid, tot in eeuwigheid’. Dat betekent: wij vragen al deze dingen aan U,omdat U onze almachtige Koning bent en ons alle goede dingen wilt en kunt geven.  Geef ook dat Uw heilige Naam, en niet de onze, voor altijd wordt geprezen.  (129) Wat betekent het woordje ‘amen’? Amen betekent: het is echt waar en betrouwbaar. Want mijn gebed wordt nog zekerder verhoord door God, dan dat ik in mijn hart verlang naar de verhoring van mijn gebed.

Gemeente van onze Heere Jezus Christus

Vlak voor de zomervakantie was ik met mijn vrouw bij de IKEA.

Omdat we iets op moest halen bij het afhaal loket en de wachttijd op 10 minuten stond, zei ik tegen mijn vrouw ‘Schat ik ga even naar buiten’.

En terwijl ik daarbuiten stond (even roken) , gebeurde het.

Een mij volstrekt onbekende verkoper van aardbeien begon tegen mij te praten.


‘Meneer’, zei hij, ‘Het gaat niet goed. Er komen zware tijden aan. 
Verlies van koopkracht, de oorlog in Oekraïne… 
Je zal het zien. 
Er komt grote ellende…’
 

Zomaar uit het niets.

Waarom hij het zei, is mij nog steeds niet duidelijk. 

Op de weg terug en later dacht ik:
‘Zou hij dat tegen alle klanten zeggen?’. 


‘Gaf ik aanleiding? Keek ik somber?’
‘Of juist te vrolijk en moest die vrolijkheid getemperd worden?’. 


‘Had hij ruzie met zijn vrouw?’. Of: ‘Had hij wel een vrouw? Of was hij bij gebrek aan, een beetje cynicus geworden?’. 

‘Meneer, het gaat niet goed. Er komen zware tijden aan’.

Het enige wat ik daar en toen wist te zeggen was: ‘Meneer, het beste komt nog!’.


Vanmiddag liggen de eerste twaalf verzen van de eerste Petrus-brief voor ons.

En ik dacht: Wat zou Petrus nu gezegd hebben als hij bij de IKEA stond.

‘Beste mensen, het gaat niet goed. Er komen zware tijden aan’.

Of

‘Onthouden mensen, het beste komt nog!’.

‘Nou ja’, denk iemand, ‘Petrus staat niet bij de IKEA’.

En dat er zware tijden aan komen, dat zou goed kunnen.

Je zult maar visser zijn en je boot moeten verkopen.
Of boer en je bedrijf moeten verkopen.
Of slachtoffer van de toeslagenaffaire.
Of je huis in Groningen staat op instorten. 

En die oorlog in Oekraïne.
Zal die niet een keer escaleren.
De toestanden in Amerika.
De toestanden in de wereld.
De toestanden in Den Haag.

De tegenstellingen…

O ja, en de klimaatcrisis.

En de vluchtelingencrisis…

Mensen die verdrinken in de Middellandse Zee.
En als de oversteek al lukt, dan zit je vast op Lesbos of zo.
Of in een bosbrand in Griekenland.

Het is ook allemaal ten hemel schreiend.

En dan is er ook nog klein leed.

Dat wat jij meemaakt.
In je eigen leven.
In het leven van geliefden, je kinderen.

En dan heb ik het nog niet eens over de kerk gehad.


Die wordt er ook niet voller op.

Je kunt er somber van worden.

Dus: ‘Beste mensen, het gaat niet goed. Er komen zware tijden aan’, doet het best goed in de kerk…

Maar… zou Petrus dat nu ook zeggen?

‘Beste mensen, het gaat niet goed. Er komen zware tijden aan’.

Of toch:
‘Onthouden mensen, het beste komt nog!’.


Hij zegt vanmavond tegen jou en tegen mij:

3Geprezen zij de God en Vader van onze Heere Jezus Christus, Die ons, overeenkomstig Zijn grote barmhartigheid, opnieuw geboren deed worden tot een levende hoop, door de opstanding van Jezus Christus uit de doden

Petrus sombert niet.
Hij jubelt.

Geloofd zij God met diepst ontzag!
Het beste komt nog!

Hoe weet hij dat?
Omdat Jezus is opgestaan uit de doden.



Pasen is de grote ommekeer in de wereldgeschiedenis!
Niet Kerst, al begint daar onze jaartelling.


Pasen is de grote ommekeer in de wereldgeschiedenis!
Op de eerste Paasmorgen in Jeruzalem is de Toekomst definitief opengebroken.
Toen Vader tegen de Zoon zei: ‘Amen, het is volbracht. Sta nu maar op!’.

Petrus staat in de Traditie met een grote T, waarover Paulus schrijft:
3Want ik heb u ten eerste overgeleverd wat ik ook ontvangen heb, dat Christus gestorven is voor onze zonden, overeenkomstig de Schriften,

4en dat Hij begraven is, en dat Hij opgewekt is op de derde dag, overeenkomstig de Schriften…


Jezus leeft!
Met Pasen brak het nieuwe leven aan!
Het nieuwe leven, dat we elke zondag vieren!

Dood en zonde.
Het onrecht, het verdraaide, het gemene, het zinloze, het doelloze in deze wereld hebben niet het laatste woord.
Dat laatste woord is aan Jezus!

Aan Jezus, die opstond uit de dood!

Hij zal komen om deze wereld rechtvaardig te oordelen…

In de oudste katholieke geloofsbelijdenis, die van Nicea / Constantinopel  (325, 381), staat dan ook: ‘Hij zal wederkomen in heerlijkheid om te oordelen levenden en doden’.

Nu kan dat komende oordeel schrik aanjagen, bang maken. 
Als puber was de wederkomst niet echt iets om met groot verlangen naar uit te kijken. 
Eerder iets om zo ver mogelijk voor je uit te schuiven, denkend aan vriendjes en vriendinnetjes die niet naar de kerk gingen en niet in God geloofden.

Maar gelukkig ontdekte ik later dat de zin uit die oude belijdenis niet in de eerste plaats is bedoeld om angst aan te jagen…
Welnee, die zin is juist bedoeld om troost te geven. 

Aan het eind van de geschiedenis zal Jezus rechtsspreken en recht doen aan allen! 
Al is het door de dood heen!

Jezus zal recht doen.

Ook aan de slachtoffers in Oekraïne.
Ook aan de slachtoffers op de Middellandse Zee.

Ook aan jou!

Het beste komt nog!
Jezus leeft!

Daarom nogmaals:

3Geprezen zij de God en Vader van onze Heere Jezus Christus, Die ons, overeenkomstig Zijn grote barmhartigheid, opnieuw geboren deed worden tot een levende hoop, door de opstanding van Jezus Christus uit de doden


Zo was het bij Petrus zelf ook gegaan.
Na de kruisiging leek alles wel verloren…

Goede Vrijdag op de vlucht. Verraad.


Maar na Pasen.

Petrus juicht:
Geloofd zij God met diepst ontzag!

Halleluja!

Hij heeft mij, heeft ons opnieuw geboren doen worden tot een levende hoop!

Hoe dan? 
Wanneer dan?
Door de opstanding van Jezus Christus uit de doden!
Omdat Jezus is opgestaan, is er hoop!

De eeuwige cirkel van opgaan, blinken en verzinken is doorbroken.
Het zinloze: ‘Je wordt geboren, groeit op, wordt volwassen, bejaard en sterft’ is doorbroken.

De grote gelijkmaker: de dood, is overwonnen!
De oorzaak van alle ellende, de zonde is overwonnen!

En de gelovigen hebben hoop!

Zijn wedergeboren tot een levende hoop!


De wedergeboorte wordt hier dus verbonden met de opstanding van Jezus!
En dan snapt je ook de verbinding tussen wedergeboorte en doop!
Je gaat met Jezus het graf in en staat met Hem op en een nieuw leven!


Een hoopvol mens!

In vers 13 zal Petrus zeggen: ‘…hoop volkomen op de genade die u gebracht wordt in de openbaring van Jezus Christus.’

Over focus gesproken!

Hoop volkomen op de erfenis die openbaar zal worden als Jezus komt!

Die erfenis voor jou is

Vers 4
Onvergankelijk; hij kan niet vergaan.
Onbevlekt; hij kan niet vies worden. Ook jij, ook ik kan hem niet vies maken of bezoedelen.
Onverwelkbaar. Bloemen verwelken, rozen vergaan maar de erfenis zal altijd bestaan. 

Wat is dan die erfenis?

Nou dat is het einddoel van ons geloof: de zaligheid van uw zielen.

Altijd bij Hem!

Altijd met Hem!

En dat werkt wat uit, werkt alles uit in het leven van alle dag.

Daarom worden de lezers, word jij dus aangesproken als vreemdelingen (vers 1) en uitverkorene (vers 2).

Allereerst ‘vreemdelingen’.

Petrus schrijft aan ‘vreemdelingen in de verstrooiing’.

Ze wonen er wel, maar hun thuis is blijkbaar elders.

Petrus bedoelt te zeggen: ‘Beste mensen’, of beter ‘Geliefde mensen. Jullie zijn vreemdelingen geworden, omdat jullie bij Jezus horen.
Je hebt een nieuw paspoort gekregen. Je bent burger geworden van het Koninkrijk der hemelen!’.

Anders gezegd: ‘Jullie leven wel in de wereld, maar jullie zijn niet ‘van’ deze wereld. Jullie zijn namelijk van Jezus en van de Toekomende wereld’. 

Daarom zingen ook christenen Psalm 119
Ik ben, o HEER, een vreemd’ling hier beneên;
Laat Uw geboôn op reis mij niet ontbreken…[i]

Christenen voelen zich in deze wereld ook nooit helemaal thuis.
Het is nooit echt helemaal wat het wezen moet. 
Nooit perfect…

En dat komt omdat we onderweg zijn naar het Vaderhuis met de vele woningen.
Daar is ons Thuis. Daar is het volmaakt.
Hier niet…

Dat maakt ook dat Christenen Toekomstgericht zijn.
Het beste moet nog komen.

Daarom blijven wij niet in het verleden hangen, maar zien ze uit naar wat komt!

De Gouden Eeuw ligt niet achter ons, maar voor ons.

En wat komt is zoveel beter.

Calvijn schrijft in zijn Institutie ‘Want indien de hemel ons vaderland is, wat is dan de aarde anders dan een oord der ballingschap?’.


Ook al kun je hier genieten, heb je mooie momenten. ‘Vergeleken met wat komt, lijkt het wel een ballingsoord’, zegt Calvijn. 
Hij vergelijkt dus. 

Het beste moet echt nog komen!
Als we Thuiskomen! 
Bij Jezus! Dan pas zal het goed zijn!

In de gemeente oefenen we, leven wij die Toekomst al een beetje met elkaar. 
Als samenraapsel, een bont gezelschap, maar wel als mensen die opgeraapt zijn door Zijn doorboorde Handen.

Hij stempelt ons leven.

En dan maakt ons tot andere mensen.

Klassiek is het voorbeeld van de ‘Brief aan Diognetus’ uit de tweede eeuw. 
Een onbekende auteur, schrijft aan een zekere Diognetus over de christenen het volgende:

‘Zij wonen in hun eigen land, maar als vreemdelingen’. 

Daar heb je het weer ‘vreemdelingen’.

Ze delen in alles mee als burgers, maar hebben alles te lijden als vreemdelingen. 


Elk vreemd land is hun vaderland en elk land is hun vreemd.

Ze trouwen als ieder ander. 

Ze krijgen kinderen, maar ze leggen hun nageslacht niet te vondeling. 

Ze delen hun tafel, maar niet hun bed. 

Ze leven ‘in het vlees’, maar niet ‘naar het vlees’.

Ze vertoeven op aarde, maar ze zijn thuis in de hemel.

Ze gehoorzamen de vastgestelde wetten, maar in hun eigen leven overtreffen ze de wetten.

Ze houden van allen, maar ze worden door allen vervolgd.

Ze zijn arm, maar ze maken velen rijk. 

Ze komen alles te kort, maar ze hebben alles in overvloed…’

Zouden ze hier en nu dezelfde dingen over ons zeggen.

Als iemand aan de burgemeester een brief zou schrijven over de gelovigen, de christenen van Hervormd Vreeswijk, zou die brief erop lijken?

‘Voelen wij nog mee dat wij vreemdelingen zijn?’

Dat wij – zoals de Hebreeën-brief schrijver zegt hier geen blijvende stad hebben, maar de toekomstige zoeken.[ii]
Dat wij – zoals ze dat vroeger zeiden – pelgrims zijn onderweg naar het hemels Jeruzalem.

In onze tijd – en daar krijgen we allemaal een tik van mee – gaat het toch vooral om het leven in het nu.

‘Leef, alsof het je laatste dag is’.
‘Leef, alsof de morgen niet bestaat’.


Maar die grote Morgen komt wel!
Godzijdank wel!


Wij leven toch met een perspectief?
Wij gaan toch niet op in het hier en nu?

Het Toekomstperspectief stempelt toch nu ons handelen?

Vreemdelingen, dat was het eerste 

Wij worden door Petrus ook aangesproken als ‘uitverkoren’.
In vers 2 lezen we:
2uitverkoren overeenkomstig de voorkennis van God de Vader

Petrus heeft het Jezus horen zeggen:
16Niet u hebt Mij uitverkoren, maar Ik heb u uitverkoren…[iii]

En hier in de brief gebruikt hij het woord ook ‘uitverkoren’.

Kijk, dat die ‘vreemdelingen’ tot het geloof gekomen zijn, komt niet doordat zij zo vroom waren…


Zo netjes leefden… 
Oplettende burgers waren…


Het is ook niet zo dat ze bij elkaar zijn gaan zitten en tegen elkaar gezegd hebben: “Wat zullen we vandaag eens gaan doen? Nou, laten we gaan eens gaan geloven’. ‘Ja goed idee…’.

Nee, God heeft het geloof geschonken.
De Boodschap van Jezus had hun hart geraakt.

Dat is toch bij jou ook zo?

Ook jij hebt toch niet zelf voor Jezus gekozen?

Het is toch eerder zo, dat het geloof jou te pakken heeft gekregen?
Of beter… dat Jezus jou te pakken heeft gekregen?

En daarom wil en kun je toch niet zonder Hem?
Ja, misschien vroeger wel…

Misschien moet je maar eens vertellen hoe je tot het geloof gekomen bent.


Ik weet in ieder geval nog dat toen ik jong was eigenlijk niet zoveel met de Bijbel, God en met Jezus had.

Ja, op zondag moest je naar de kerk moest.
En daar zat je tijd eigenlijk een beetje uit.

Ik weet nog dat een vriend een juichbeweging maakte toen de dominee aan het eind van een lange preek ‘Amen’ zei. 

Zo van ‘He he, dat is afgelopen. Nog even zingen, hopelijk een niet te lang gebed, collecteren, zingen en dan gauw naar huis… Om half drie begint Ajax…’.

Je zat wel in de kerk, maar het raakte niet. 

Dat veranderde toen ik een jaar of zeventien, achttien was. En zelf de Bijbel ging lezen.

Zo werd ik gegrepen.
Ik heb ‘ja’ tegen God leren zeggen.

En nou denkt iemand.
‘Ja, daar gaat het om. ‘Ja!’ zeggen tegen God’.

Maar vóórdat we “ja” zeggen is er al zó veel gebeurd waar wij nauwelijks weet van hebben. 

Zoals Augustinus ontdekte… U was er eigenlijk altijd al… alleen ik niet bij U.

Pas achteraf ga je zien dat de Heilige Geest eigenlijk al altijd met je bezig was. 

16Niet u hebt Mij uitverkoren, maar Ik heb u uitverkoren…[iv]

2uitverkoren overeenkomstig de voorkennis van God de Vader

Let op: het gaat er niet om dat we er een filosofisch probleem van maken. Of er een filosofisch systeem op loslaten.
Het gaat erom dat we ontdekken dat God altijd de eerste is.

Hij is de Eerste.
Uitverkoren… 
En wij zingen en danken mee.
Waarom ik? O wonder? Waarom… 
Duizend, duizendmaal o Heer, zij U daarvoor dank en eer!

Misschien zouden we in de kerk eens wat meer moeten danken.

Minder filosoferen, meer danken…

Minder mopperen, meer danken…

3Geprezen zij de God en Vader van onze Heere Jezus Christus, Die ons, overeenkomstig Zijn grote barmhartigheid, opnieuw geboren deed worden tot een levende hoop, door de opstanding van Jezus Christus uit de doden,

4tot een onvergankelijke, onbevlekte en onverwelkbare erfenis, die in de hemelen bewaard wordt voor u.

‘Het beste komt nog!’.

Ik rond af met een anekdote van zendingsman Jan (Johan) Bavinck[v].


Hij vertelde dat hij ergens aanwezig was bij het in gebruik nemen van een nieuwe kerk. 

Aan de zijkant waren drie ramen. Op die ramen waren ‘geloof’, ‘hoop’ en ‘liefde’ afgebeeld. 

Hoe, dat stond er niet bij, maar ik kan me zo voorstellen:

Een kruis voor het geloof, een anker voor de hoop en een derde raam met een hart: de liefde.

Binnen in de kerk, zag je de ramen precies in goede volgorde: geloof, hoop, liefde.

Dus eerst geloof. En omdat je gelooft heb je hoop. En omdat je gelooft en hoopvol bent, heb je ook liefde.

Geloof, hoop en liefde. Dat is de orde binnen de kerk.[vi]

Maar’, zei hij, ‘Wie van buiten naar de deur van de kerk loopt, die ziet de volgorde net andersom: liefde, hoop, geloof…’.


Van buitenaf komend wordt iemand altijd eerst getroffen door de liefde. 

Kijk eens wat een warmte daar.
Daar word je gezien! 
Niet met de nek aangekeken, maar echt gezien.

Eerst de liefde dus. 

En de buitenstaander merkt daarbij dat de gelovigen ook nog eens hoopvol in het leven staan. 
Ook op de begraafplaats…

En daarover doorvragend ontdekt hij de inhoud van het geloof.

Van buiten naar binnen, is de volgorde dus precies andersom: liefde, hoop en geloof.

Bavinck voegde eraan toe als waarschuwing: waar de liefde niet te zien is, er eigenlijk niets te zien is! 

U begrijpt het wel he?

Laten wij ook het komend seizoen als ‘vreemdelingen’, ‘uitverkorenen’, ‘wedergeboren tot een levende hoop’ geloven, hopen en liefhebben.


Liefhebben, hopen en geloven!

Het beste komt nog!

Amen


[i] Psalm 119:10 (ber. 1773).

[ii] Heb. 13:14.

[iii] Joh., 15:16.

[iv] Joh., 15:16.

[v] Johan Hendrik Bavinck, 1895-1964.

[vi] 1 Kor. 13:13.

4 gedachten over “Het beste komt nog!(1)

  1. Lia Lia's avatar

    Dag Gertjan, dank voor het doorsturen, ga het nog eens rustig nalezen.

    Alweer 4 maanden geleden dat het gebeurde. Waar blijft de tijd.
    We missen je/jullie.

    Goede jaarwisseling en hartelijk meelevende en biddende 🙏🏾 groeten voor jullie beiden.

    We hopen op een voorspoedig 2024.

    Li@

Geef een reactie op Lia Lia Reactie annuleren

search previous next tag category expand menu location phone mail time cart zoom edit close