Vallen en opstaan

They say ev’ry man needs protection
They say ev’ry man must fall.

Ze kunnen zoveel zeggen. Niets moet. Mede dankzij Lauda heb ik mijn aversie tegen Ommetje overwonnen en strompel ik dagelijks door de bijna 100-jarige wijk van Gouda. Zo ook woensdagmiddag. Met het bezoek loop ik een rondje om het park aan de P.C. Hooft. Dat park is groter dan een schip, maar weer kleiner dan de Vondel in Amsterdam, of het Wilhelmina in Utrecht. Ook in de P.C. Hooft gaan de eerste 100 meters veel makkelijker dan de laatste 100.

Zo ook deze dag. Het bezoek en het Ommetje zijn ‘geslaagd’ en het loopt tegen vijven. De lucht is zowaar nog blauw en ik zeg tegen Lianne: ‘Ik ga fietsen’. Zij denkt – denk ik[i] – ‘Mooi’, want de hele dag een man over de vloer hebben die zegt dat je naar ‘dit’ of ‘dat’ moet luisteren of ‘dit’ of ‘dat’ moet zien of lezen, is ook vermoeiend. ‘Goed schat. Zal ik de fiets even pakken en de poortdeur opendoen?’.

Ze rijdt de fiets de poort in. Ik neem ‘m over en ga op het zadel zitten. Ooit had ik bij Mark – toen ik door het Wilhelmina-park fietste – nog een helm opgezet. Nu lijkt mij dat niet nodig. Ik bedoel: een man met een helm op, is waarschijnlijk wijs en verstandig, maar niet stoer. ‘Ik ben van mezelf al zo wijs en verstandig, dat ik best stoer over mag komen’ maak ik mezelf wijs.  En warempel, ik fietst fier de poort uit en sla links af, via de Constantijn Huijgen, de P.C. Hooftstraat op. Het gaat geweldig. ‘Wat zal Lianne blij zijn. Wat zal zij trots zijn dat zij uitgerekend mij getrouwd heeft’, schiet door m’n hoofd. Ik kom aan bij het einde van de straat, waar ik maar liefst twee keuzes heb. Of naar links de Bosweg op, of naar rechts richting de Rotterdamseweg. Ik kies dus voor keuze drie: omkeren. In de Hoogstraat ben ik voor de balie ook geregeld gekeerd. ‘Dat moet lukken, zo kan de hele straat mij twee keer zien shinen’ flitst door mijn hoofd. Ik keer dus om en dan gebeurt het. Ik verlies het evenwicht en val.

Ik rol goed door, val op zich mooi, maar weet niet te voorkomen dat mijn hand de grond schaaft en bloedt. Mark heeft mij in de Hoogstraat al uitgelegd dat het riedeltje dat ik ooit op de SROKI van buiten leerde en in de Hoogstraat op kon dreunen, niet waar is.  ‘Leuk voor de loopgraven; als je door moet vechten’. Ik ontdek nu dat hij helemaal gelijk heeft, want ‘Doet ‘t zeer‘k wil NIET meer’. ‘Bloed is NIET goed’ en ‘Pijn is NIET fijn’.

Het doet zeer, ik bloed, heb pijn en lig midden op straat. Wel een mooie straat. Mooi park ook.  Ik probeer te gaan staan en sta uiteindelijk ook. Een buurvrouw komt naar buiten gestormd en ook Lianne – die blijkbaar heeft gekeken – komt aangerend. Bezorgde blikken. ‘Niets gebroken?’. ‘Volgens mij niet, maar het doet wel pijn.’ Een wijkverpleegkundige komt ‘toevallig’[ii] langs gefietst en stopt. Ze zet haar fiets op slot [iii]‘Ze zit blijkbaar nog bij de “P”’, flitst door mijn hoofd.  Ze loopt op me af. Doet een papieren zakdoek over m’n hand en brengt me samen met Lianne thuis.

Ondertussen voel ik me niet meer stoer, noch wijs, noch verstandig. Ik ben zielig. Lianne vraagt of ze de dokter moet bellen, maar dat hoeft niet. ‘Trekt wel bij, komt wel goed’. Maar het rare is dat de pijn in de dagen erna eigenlijk vermeerdert. Als ik lach, hoest of nies, mijn keel schraap of mij in bed omdraai doet het pijn bij mijn borst. Niet lachen, hoesten, niezen of keel schrapen, dus. En al helemaal niet draaien in bed.  

Op het wereldwijde web lees ik een uitspraak van ene Oliver Goldsmith[iv]: ‘Our greatest glory consists not in never failing but in rising every time we fall’. Ik ken de man niet. Waarschijnlijk hij mij ook niet. Maar vrijvertaald zegt hij: Onze grootste glorie bestaat niet uit het nooit (falen) vallen, maar in het weer opstaan elke keer als we vallen. 

Vanmorgen stuurt Mattanja een nummer van Rising Appalachia. Een mij onbekende band, die een mooie afsluiter voor Acoustifest doet. Behalve ‘They say ev’ry man needs protection. They say ev’ry man must fall’ zingen ze ook richting Pasen een mooi refrein. Met een pijnlijke borst zing ik mee: ‘I see my light come shining. From the west unto the east. Any day now, any day now. I shall be released’.


[i] NIVEA = Niet invullen voor een ander.

[ii] Vgl. Luk. 10:31 (HSV).

[iii] PAMAN ABS =  Persoonlijke veiligheid waarborgen, A Andermans veiligheid, M Markeren van de plaats van het ongeval, A Alarmeren van de commandant of de civiele hulpverleningsdienst(en), N Noodzakelijke eerste hulp verlenen. Ademhaling, Bloedingen, Shockpreventie. Roken helpt daarbij!

[iv] Iers schrijver en dichter 1728-1774.

3 gedachten over “Vallen en opstaan

  1. Tompot Marianne's avatar
    Tompot Marianne 9 mrt 2024 — 2:32 pm

    Je kan beter voortaan een ezel nemen ipv een stalen ros ..

    1. Glismeijer's avatar

      Ik dacht aan een bakfiets; als m’n linkerarm er sterk genoeg voor is.

  2. Adrie Lenten's avatar
    Adrie Lenten 9 mrt 2024 — 8:34 pm

    Wat schrijf je dit met humor Gert Jan. Blijf positief ook al zal je hart soms huilen. Ik ben vandaag ook heel hard op straat gevallen. Zere arm en een hele zere bil. Maar jou en lianne wens ik heel veel moed en kracht toe en de onmisbare nabijheid van onze God.

Geef een reactie op Tompot Marianne Reactie annuleren

search previous next tag category expand menu location phone mail time cart zoom edit close