Zondag 5

Preek gehouden in de Dorpskerk van Vreeswijk (Nieuwegein) in de avonddienst van 24 augustus 2025.

Gemeente van onze Heere Jezus Christus,

Het is vakantie geweest en het is ook alweer maanden geleden dat ik uit de Catechismus kon preken.
Daarom even opfrissen…
Je herinnert je vast vraag en antwoord één nog wel[i].

Wat is je enige troost (je enige houvast) in leven en in sterven?
Het antwoord: Dat ik met lichaam en ziel gekocht en betaald ben.
(Dat Hij – in leven en in sterven – vasthoudt).

In vraag twee werd gevraagd:
Hoeveel stukken zijn nodig te weten, om in deze troost – dit vertrouwen – zalig te leven en te sterven?
Het antwoord luidt dat ik drie dingen moet weten: 
Eén: hoe groot mijn zonde en ellende zijn. 
Twee: hoe ik van al mijn zonde en ellende verlost word.  
Drie: hoe ik God voor deze verlossing dankbaar zal zijn.  

Eenvoudiger gezegd. 
Prent het in. 
Knoop het tussen je oren. 
Bewaar het in je hart.
In de Catechismus gaat het om de éne troost, het enige houvast in leven en in het sterven.
Om bij die éne troost, dat houvast te leven.
Om bij die éne troost, dat houvast te sterven moet je weten van (1) ellende, (2) verlossing en (3) dankbaarheid.

Vanavond zijn we bij het tweede deel van de Catechismus aangekomen, bij de verlossing.
Dus bij de vraag hoe ik van al mijn zonde en ellende verlost word.

Het kan zijn dat iemand een zucht van verlossing slaakt.
Want dat eerste deel over de ellende voelde zwaar.
Loodzwaar.

Zonde en ellende.

Ik weet niet hoe u de preken over Zondag 2, 3 en 4 ervaren hebt.

Het deprimeert wellicht een beetje.
Of veel.
Of totaal niet, dat kan natuurlijk ook.

Maar ik denk dat het bij de meesten wat terneer drukt.
Je kunt er terneergeslagen van worden.
Of in de mopperstand komen.

Ik hoorde al: Er moet maar niet meer gepreekt worden uit of over de Catechismus.

Ik hoorde – zij het via via – dat mensen klaagden en mopperden: Waarom preekt die man over zonde en ellende?

Goede vraag.
Omdat de Heidelberger één van onze drie belijdenisgeschriften is. 

Je kunt ook vragen: Waarom spreekt de Catechismus over zonde en ellende?
Of: Waarom moet ik weten hoe groot mijn zonden en ellende zijn?

Waarom? 
Om in de enige troost te kunnen leven en sterven. 

Om die enige troost, die unieke troost, het enige houvast in leven en in sterven is het de Heidelberger, het gereformeerd belijden te doen.

Let er vanavond op dat zonde en ellende ook een rol spelen bij de verlossing.
Later zullen we wellicht nog ontdekken dat dát bij de dankbaarheid ook zo is, al weet ik niet of we in dit tempo ooit bij de dankbaarheid uitkomen.

Goed.
Vanavond de eerste zondag van de verlossing.

Ik denk zo dat velen denken ‘Ja verlossing, daar over preken mag wel…’.

Verlossing klinkt ons als betere muziek in de oren.
Maar, pas op.
Vergeet niet dat de verlossing de ellende veronderstelt.

Vraag 12 begint met die vooronderstelling.
Aangezien wij dan naar het rechtvaardig oordeel Gods tijdelijke en eeuwige straf verdiend hebben

Kun je dat eigenlijk wel meemaken?

Of zeg je?
‘Hou op over tijdelijke en eeuwige straf die ik verdiend zou hebben’.

Of, ‘Okay, ik ben misschien niet perfect, maar zo zwart als de catechismus het schetst is wel heel erg. Zo erg is het nou ook weer niet met me’.

Dat kan.
Eerder vertelde ik al dat Roomsen, Remonstranten en Dopersen bezwaren hadden tegen de gereformeerde zondeleer.

Toen, in de 16e en 17e eeuw.
En dat zal vandaag nog net zo zijn.

Ik ken ook genoeg mensen die vandaag de dag zeggen ‘Er is geen God. En als er wel één is, dan kom ik wel in de hemel, want ik… Ik deug’.
Het is ook een titel van een boek van een ex-Driestariaan ‘De meeste mensen deugen’.

De Heidelberger, de Reformatie zegt juist ‘Ik deug niet’.

Zij vraagt: ‘Hoe kan ik van al mijn zonde en ellende verlost worden?’.

En ze voegt eraan toe.
‘Is er enig middel, waardoor wij deze straf zouden kunnen ontgaan en wederom tot genade komen?’.

De gereformeerde, de hervormde belijdenis, de Catechismus gaat dus uit van (1) zonde en ellende en (2) straf op die zonde.

En ze vraagt Is er een uitweg?
Is er iets waardoor de straf ontlopen kan worden?

Merkt u het op? Dat is ook al zo’n punt van discussie vandaag de dag.


Maar de Catechismus stelt dat God ons tot verantwoording zal roepen. 
Dat er een laatste oordeel komt, waarop wij allemaal – hoofd voor hoofd – geoordeeld zullen worden.

Mijn indruk is, dat dat vandaag precies andersom gedacht wordt. 
Als er al een oordeel komt, dan roepen mensen God ter verantwoording: ‘God waarom hebt U dit en hebt U dat’. 

Mijn indruk is, dat dat vandaag veel mensen denken: ‘Als er al een hiernamaals is, dan gaat iedereen uiteindelijk naar de hemel’. 

De hel is allang afgeschaft.
Ook door dominees trouwens…
Maar goed, dat komt wellicht ooit nog eens.

Misschien herinnert u zich nog dat we op 9 februari dit jaar bij Zondag 3 lazen uit Genesis drie.

Wij zijn uit het paradijs verdreven.
We leven niet meer in het paradijs, daarom kun je er zo naar verlangen.

We lazen over de straf, de dood.[ii]
De dood, de zonde, de ellende, de verdrijving uit het paradijs zijn geen lot.

Het heeft volgens de Bijbel alles te maken met een rechtvaardig oordeel van God.

Is er enig middel is voor de Catechismus een brandende vraag.
Is er enig middel, waardoor wij deze straf zouden kunnen ontgaan en wederom tot genade komen.

Is dat ook jouw vraag?

Je bonst als het ware op de hemelpoort en vraagt ‘Is er enig middel?’
Petrus zet de deur even op een kier en zegt: Was er wat? 
Wat wou je weten? 
Vraag maar. 
Wat wil je? 

En je antwoordt: Ik wil graag de straf ontgaan. Ik wil dat die straf mij niet treft. Ik ben daar een beetje bang voor geworden.

Angst voor God.
De apostel van de liefde zegt:  18De liefde laat geen ruimte voor angst; volmaakte liefde sluit angst uit, want angst veronderstelt straf. In iemand die angst kent, is de liefde niet tot volmaaktheid gekomen.[iii]

Wie niet liefheeft wil wel van straf af komen.
Maar dan wel zo goedkoop mogelijk. 

Vanavond zeg ik: goedkoop ervan af komen, dat gaat niet.
Aan Gods recht kan niet goedkoop voldaan worden.

En dan nog wat.
Er wordt niet alleen gevraagd Is er enig middel, waardoor wij deze straf zouden kunnen ontgaan.
Er wordt ook gevraagd Is er enig middel, waardoor wij (…) wederom tot genade komen.

De dringende vraag is niet alleen Kan ik de straf ontgaan?
Maar ook en vooral Zou ik nog tot genade kunnen komen? 

Dat is Zou ik weer bij God terecht kunnen? 
Zou het weer goed kunnen worden tussen Hem en tussen mij,
 opdat ik in gemeenschap met Hem mag leven? 

Innig verbonden.

Ik zeg hetzelfde voor de helderheid nog even anders.
De Heere zegt als het ware vanavond tegen jou Die straf. Zit je dat echt dwars? 

Wat zeg je dan?
Ja, Heere God, ik moet ook sterven. Ik ben bang. En ik heb zoveel preken gehoord. Ik ben bij het geloof groot geworden. Maar die straf, dat maakt me zo bang. 

Stel nou dat de Heere dan zou zeggen Vooruit, geen straf, maar Ik wil je nooit meer zien. 

Zou je dan opgelucht naar huis gaan?
Denken en zeggen ‘Zo, die straf ben ik kwijt. Ik kan gewoon verder leven. Geen oordeel, geen hel. Niks hangt mij meer boven het hoofd’.

Nee toch.

Je wilt toch tot genade komen, omdat het je om God Zelf te doen is?
Je wilt toch kind bij de Vader aan huis zijn.
En als blij kind van de Vader leven.

De liefde vraagt altijd of het nog goed kan komen.
Waar de liefde niet is, daar is het al voldoende dat er
geen straf is. Al zou je elkaar nooit meer zien.

Maar waar de liefde is, daar is het toch verschrikkelijk als je elkaar nooit meer zou zien. 
Je wilt bij elkaar zijn.

Is er nog een weg, is er nog een middel? 

Het recht van God blijft staan. 
Daar moet, daar mag je niet aankomen. 

Het is het recht van God. 
God moet God blijven. 

Het recht van God, is geen onrecht. 
Aan dat recht moet genoegdoening geschieden. 

God moet in Zijn rechten erkend worden en zo tot Zijn recht komen. 

Wij, jij en ik, zijn geneigd over dat recht van God heen te lopen.
Of om dat omver te lopen. 
Maar tot genade komen, dat kan nooit buiten God om en het kan nooit buiten het recht van God om.

Vraag 13 Maar kunnen wij door onszelf betalen?

Kunnen wij het recht betalen.
Dat is de schuld betalen die wij gemaakt hebben. 

Wij leerden al dat wij onbekwaam zijn tot enig goed.
Dat betekent dat wij niet in staat zijn te betalen.

Maar de Heere God zegt Dat kan zijn, maar je bent wel toerekeningsvatbaar. En je bent wel toerekenbaar.

Gemeente, wij zijn van onszelf allemaal schuldige mensen.
Schuldige mensen.

Schuld. 
Dat wat waarin jij God tekort hebt gedaan en doet.

Schuld.
Dat waarin je de naaste tekortgedaan hebt en doet. 

Wat dan precies?
Dat kun je nagaan in de wet van God. 

God geeft Zijn wet niet alleen.
God handhaaft Zijn wet.

Er is een recht. 
En aan dat recht moet voldaan worden.

Als het dan zo dat u die wet niet volledig gedaan hebt. Dan moet u betalen. 

Dan heb je schuld. 

Financiële schuld is nog wel over te dragen, schuld ten opzichte van God niet. 
Die schuld is niet over te dragen.

Kan ik mijn schuld zelf betalen? 

Ja, dat willen we wel.
Zelf doen zit ons in het bloed. 

De Catechismus zegt echter: Nee, je kunt niet zelf betalen.

Sommigen worden daar dan weer onderhandelaars van.
Misschien wij allemaal wel.

Eerst dingen we af en als dat mislukt en er gezegd wordt: ‘Je moet volkomen betalen’, dan denken wij ‘als ik het nou maar kan afbetalen. Stukje bij beetje’

Ten opzichte van God kunnen we ook denken Ik zal mijn beter mijn best doen. 

Dat is al heel wat, maar daar redt u het niet mee. 

Antwoord 13 zegt dat je de schuld nog dagelijks meerder maakt.
Groter.

Kan ik het zelf? Nee, op geen enkele manier, zegt de Catechismus. 
Aflaatjes kopen helpt niet.
Goede werken ook niet.

Schulden maken, gemeente, dat kan ik dag voor dag. 
Schulden delgen, dat kan ik niet. Ik maak ze dagelijks meer.

Geen mens kan op den duur het ene gat met het andere stoppen. 
Vroeg of laat wordt hij of zij failliet verklaard.
Uit een faillissement kun je je schulden niet betalen. 
Op geen enkele manier. 

Is er een schepsel of een mens die voor mij betalen kan?
Nee, ze zijn er niet.  

Ook zogenaamde heiligen, die kunnen het niet. 

Kan door die schuldrekening voldaan worden gezet?
Kan enig mens de straf, de eeuwige dood,  dragen?

Een engel misschien? 
Een dier? 

Nee, gemeente.
Zonde en dood.
Daar moet God Zijn schouders onder zetten.
Anders blijft die zware last, de straf op mij drukken.

Ik kan die zware last niet van mijn schouders werpen.
Ik kan die zware last niet op de grond gooien en zeggen Dan ben ik ervan af, want ik kom er nooit van af en niemand helpt er mij van af

De Catechismus – dat verklap ik maar even – wijst ons op de Heere Jezus Christus.

Hij is een volkomen Zaligmaker. 

Dit moet ik als eerste bij de verlossing weten om in de enige troost zalig te leven en te sterven. 

Ik kan mij niet redden.
Ik kan mijzelf niet redden.
Ik red mijzelf niet, ook niet met enige goede wil, met enige deugd, met enige godsdienst, met enige gevoelens of dierbare gevoelens. 

Ik kan mijzelf niet redden.
Geen schepsel kan mij redden.
Zelfs de dominee niet.


God wil genoegdoening aan Zijn gerechtigheid.

Ik zoek koortsachtig naar verdiensten waarmee ik betalen kan.
Ik zoek naar middelen om te betalen.
Ik wring me in 1000 en één bochten. 

Maar de Catechismus zegt: ‘Nee, je redt het niet!’

Wij moeten een Middelaar en Verlosser zoeken Die een waarachtig en rechtvaardig mens is, en nochtans ook sterker dan alle schepselen, dat is, Die ook tegelijk waarachtig God is.

Zo wil de Catechismus ons leren: Onthoud nou, prent het nou in, bewaar het nou in je hart…
Wat? Niet jij, maar Hij.

Er is betaald.

Wij dienen deze zekerheid niet te zoeken in het onze, wat het dan ook is, maar in Gods wonderlijke verzekering.

Eén heeft betaald. 

Hij legde Zichzelf op het altaar. 
Hij offerde zichzelf. 

De liefde heeft betaald. 
Jezus Christus.

Hij doopt als het ware zijn pen in de rode inkt van Zijn bloed en Hij vraagt:

Heb je schuld bij God?
Staat er een rekening open?

Dan schrijft Hij dwars door die rekening van jou: betaald!


Het is volbracht!

Lof zij Christus in eeuwigheid

Amen. 


[i] Zie https://glismeijer.com/2019/10/28/zondag-1/, d.d. 2025-08-21.

[ii] Zie Zondag 2 https://glismeijer.com/2025/02/02/zondag-2/, Zondag 3 https://glismeijer.com/2025/02/09/zondag-3/ en Zondag 4 https://glismeijer.com/2025/03/30/zondag-4/, d.d. 2025-08-21.

[iii] Zie 1 Johannes 4:18.

Plaats een reactie

search previous next tag category expand menu location phone mail time cart zoom edit close