
Meditatie Kerstnachtdienst gehouden in de Dorpskerk in Vreeswijk op, 24 december 2019.
Als ik één woord moet opnoemen, dat bij me bleef haken van de interviewtjes op “Kaarslicht in Vreeswijk” dan is het wel het woord “gezelligheid”.
De Kersttijd als tijd van gezelligheid.
Samen eten met familie of vrienden.
Een versierd huis, kaarsen, lampjes, een kerstboom.
Kerstmuziek op de achtergrond, Sinatra of Sela…
Open haard… nu het nog mag…
Gezellig…
Gezelligheid laat zich bijna niet omschrijven, omdat het een gevoel is.
Je voelt het: “gezellig”. Hier is het fijn.
Het heeft te maken met “samen zijn”, “je thuis voelen”, “je fijn voelen”, “knusheid”.
Even niet denken aan het werk.
Even niet denken aan de zorgen.
Even niet denken aan de grote wereldproblemen, oorlog in Syrië en de honderdduizenden vluchtelingen die aan de grens met Turkije staan.
Even niet denken aan de kleine problemen. De ruzies in de familie over geld.
Nee, alsof je je even terugtrekt in je eigen coconnetje.
Samen genieten van elkaar en het goede. Lekker eten, een goede wijn.
Samen zijn. Even schuilen bij elkaar.
“Gezellig”.
Misschien hoort bij “gezellig” ook de kerkdienst van vanavond.
Samen als gezin, samen met vrienden, samen met geliefden “gouden oude” kerstliederen zingen.
Mooie kerk.
Orgel, koperblazers.
Straks na afloop nog warme chocolademelk.
Wat wil je eigenlijk nog meer.
“Gezellig”.
Aan het begin van deze dienst werd die “gezelligheid” misschien wel een beetje verstoord.
Foto’s van het afgelopen jaar en dan een vraag van John Lennon:
“Zo dit is Kerstfeest en wat heb je gedaan? Een jaar voorbij…”
Ja dat soort vragen passen ook weer niet echt bij “gezelligheid”.
Net zo goed als de beelden van de oorlog in Syrië, de aanslag in Utrecht, dode vluchtelingen uit Mexico niet bij “gezelligheid” passen.
Dat je denkt: “Ja erg, maar nu even niet. Vanavond vieren we Kerst!.”
“Mot dat nou? Zulke foto’s op een scherm?”
Ik dacht ondertussen wel: “Misschien zitten er vanavond mensen in de kerk, die het Kerstfeest verschrikkelijk vinden. Die ertegenop zien”.
Omdat die Kerst extra doet voelen dat je helemaal geen “gezelligheid” kent.
Anderen hoor je er wel over, maar jij denkt “Niks geen gezelligheid”, of “met Kerst ben ik alleen”, “Ik zit hier heel alleen Kerstfeest te vieren”.
Je man is overleden, of je vrouw, of je kind.
Je bent dit jaar gescheiden. Of ontslagen.
Of je was zijdelings of met huid en haar betrokken bij de aanslag in Utrecht.
Of je kinderen hebben ruzie en je ene kind zegt “Als hij met Kerst komt, dan zie je mij niet!” of andersom.
Of… nou ja, vul allemaal maar in.
Er waren dan ook mensen die tegen mij zeiden: “Ik hoop dat die Kerstdagen zo snel mogelijk voorbij zijn…
Of het in Bethlehem gezellig was, weet ik niet.
Misschien dat er mensen waren die zeiden: “Het is een gezellige drukte”.
“Een hoop volk op de been”.
De middenstand zal er blij mee geweest zijn.
Maar ik denk niet dat Jozef en Maria het zo “gezellig” hadden.
Ze hadden – denk ik – hele andere zaken aan hun hoofd…
Ik weet ook niet of de herders het gezellig hadden bij het vuur.
Of ze samen liedjes zongen of zo… en zeiden “gezellig he?!”
Of ze elkaar sterke verhalen vertelden.
Of ze vrienden van elkaar waren of afstandelijke collega’s die elkaar gedoogden…
In ieder geval wordt Jezus niet geboren in een gezellige tijd.
Hij kwam ook niet zo zeer om het gezellig te maken…
Hij kwam voor onze zaligheid.
Niet voor onze gezelligheid, maar voor onze zaligheid.
Het thema vanavond is “Licht in de duisternis”.
We hoorden het Johannes namelijk zeggen: “Hij is het licht dat schijnt in het donker. En het licht heeft het gewonnen van het donker” (vers 5).
en
“Gods Zoon is het ware licht, dat schijnt voor alle mensen. Hij kwam naar de wereld” (vers 9).
Dat heeft Johannes niet van zichzelf.
Hij heeft die woorden pas later opgeschreven, toen Jezus al naar de hemel was gegaan.
Maar hij was erbij toen Jezus van Zichzelf zei dat Hij het licht voor de wereld was.[i]
Jezus noemt Zichzelf het Licht.
En Johannes is Jezus op Zijn woord gaan geloven.
Gaan geloven in Jezus als de Zoon van God…
Jezus.
Zijn leven was niet één en al gezelligheid.
Zijn leven was lijden.
We lazen de aangrijpende woorden: Hij kwam naar de wereld, die hij zelf gemaakt had. Maar toen hij in de wereld was, begrepen de mensen niet wie hij was. Hij kwam bij zijn eigen mensen, maar die wilden niet in hem geloven.
Aangrijpend vind ik dat!
Johannes heeft het allemaal meegemaakt.
Is drie jaar met Jezus opgetrokken.
Was er bij toen Jezus werd gevangengenomen.
Werd gekruisigd…
Hij was erbij toen de vrouwen kwamen vertellen dat Jezus was opgestaan uit de dood.
Hij was erbij toen Jezus Zelf aan hem en de discipelen verscheen.
Hij was erbij toen Jezus opvoer naar de hemel.
Hij was erbij op de eerste Pinksterdag.
Maar hier, aan het begin van zijn evangelie maakt hij direct duidelijk dat het Kerstkind weggehoond zal worden.
Bespot, bespuwd, gegeseld, gekruisigd.
Dat het Licht van deze wereld ten onder zou gaan aan de duistere machten.
Ondertussen waren er ook die wel in Hem geloofden.
Johannes schrijft: “Zij mochten kinderen van God worden.”
Dat betekent dat ze op een nieuwe manier geboren zijn. Niet op de gewone manier, uit een vader en een moeder. Maar op een hemelse manier, uit God.”
Wie gelooft, krijgt een nieuw leven.
Opnieuw geboren, om nooit meer te sterven.
Als bij de doop. Het oude leven wordt begraven, om in een nieuw leven op te staan.
Dopen: sterven en opstaan in een nieuw leven.
Je kunt Johannes’ en Jezus’ boodschap naast je neerleggen.
Maar je kunt ook voor Jezus vallen.
En geloven dat Hij is zoals Hij heet: Zaligmaker!
Hij kwam om mensen zoals u en ik, zalig te maken.
Te redden van de duisternis.
En het mooie is: de gelovige wordt zelf ook een licht in deze duistere wereld.
Tegen zijn volgelingen zegt Jezus dan ook:
“Jullie zijn het licht in deze wereld” (Mat. 5:14).
en
“Als je doet wat God wil, dan zul je licht uitstralen.” (Mat. 6:22).
Onze wereld is donker.
Oorlog, hongersnood, pijn, ziekten, dood… vul maar aan.
Maar Hij is gekomen, om de oorzaak van dat alles aan te pakken…
Ons weglopen bij God, de zonde.
Hij pakt de duisternis bij de wortel aan.
En geeft Zijn leven als “losprijs”.[ii] (1 Tim. 2:6).
Om ons vrij te kopen van de duisternis…
Door te sterven aan een kruis…
Door op te staan uit de dood…
Zo brengt Hij het licht!
In onze duisternis.
“Het Licht heeft het gewonnen!” zegt Johannes in vers 5.
Nog even en dan is alle duisternis verdwenen.
Als Jezus komt!
Ondertussen worden u, jij en ik geroepen om “licht in de duisternis” te zijn.
Om levend van Zijn liefde, Zijn liefde door te geven.
Wie van Zijn liefde leeft en die doorgeeft, maakt van gezellige Kerstdagen, gezegende Kerstdagen!
Gezellige, gezegende Kerstdagen!
Amen!
[i] “Ik ben het licht voor de wereld. Als je mij volgt, leef je niet meer in het donker. Dan hoor je bij het licht dat leven geeft.” (Joh. 8:12).
“God heeft mij gestuurd, ik werk namens hem. Ik ben het licht voor de wereld.” (Joh. 9:4).
“Ik ben het licht voor deze wereld. Bij mij ben je veilig.” (Joh. 11:9).
“Ik zal nog maar kort bij jullie zijn. Ga daarom nu in mij geloven, want ik ben het ware licht. Dan zal het donker jullie straks niet in zijn macht krijgen. Want iemand die in het donker leeft, ziet niet waar hij heen loopt.” (Joh. 12:35).
“Want ik ben het licht dat naar de wereld gekomen is. Als je in mij gelooft, leef je niet meer in het donker.” (Joh. 12:46).
[ii] “Hij heeft Zich gegeven als een losprijs voor allen. Dit is het getuigenis op de door God bestemde tijd.”