Na-volging en ver-volging

Preek over Handelingen 6:8-8:3, gehouden in de Dorpskerk te Vreeswijk op zondagmorgen 7 juni 2020.

Gemeente van onze Heere Jezus Christus,

Vandaag is de dag van de vervolgde kerk.
Aanstaande vrijdag, 12 juni, is de nacht van gebed voor de vervolgde kerk.[i]

Dat er sprake is van een vervolgde kerk is eigenlijk is al vanaf de aanvangstekst duidelijk:
Een dienaar is niet meer dan zijn heer. Als zij Mij vervolgd hebben, zullen zij ook u vervolgen. 

Die tekst komt uit Johannes 15; u weet wel dat hoofdstuk over de ware Wijnstok.
Tijdens de afscheidsgesprekken waarschuwt Jezus zijn discipelen al: “Jullie zullen vervolgd worden…”.

Voor de discipelen, die apostelen worden is dat waarheid geworden. Ze zullen op een enkeling na allemaal de marteldood sterven.[ii]

Voor ons is dat op de een of andere manier toch een ver van onze bed-show.
Wie van ons kan nu zeggen met “vervolging” te maken te hebben.
Nou ja, je kunt soms badinerende opmerkingen naar je hoofd krijgen. Of hatelijke opmerkingen krijgen, maar ook dat gebeurt niet elke dag. Vaker niet, dan wel.

Nee, ik denk, grosso modo, dat we als christenen in Nederland niet met veel weerstand te maken hebben. Tenminste, zolang je het niet al te veel “opdringt” en achter de voordeur houdt.

Soms lopen de gemoederen hoog op, als het bijvoorbeeld gaat om onderwerpen als abortus, homoseksualiteit en trouw, maar daarover wordt in de kerk ook verschillend gedacht.
Neem de Nashville verklaring. Ik denk dat er in de kerk over die verklaring meer is geruzied, dan daarbuiten.

Daarbuiten hebben mensen iets van “Tjonge, komt die kerk weer met een achterhaald standpunt”.

Of een ander voorbeeld: Ik zag Kees van der Staaij over de reclame van Second Love en het belang van trouw zijn in je relatie bij Jeroen Pauw. Het was nog voor de Op1 tijd… En ik dacht: “Je wordt aangehoord en alles gaat weer vrolijk verder”.

Maar irrelevant gevonden worden.
Of zelfs irritant gevonden worden, is nog geen vervolging.

Hoe anders is dat in andere delen van de wereld.

Tijdens de groepsvakantie van Cross Culture sprak ik ’s avonds laat met een Syrisch gezin. Vader, vrouw, schoonzus en twee zonen van een jaar of 20.
Eén van die zonen liet mij beelden zien van het Paasfeest in Syrië. Het waren oudere opnamen van een paar jaar terug.
En de vader vertelde dat de dorpen die die zoon liet zien door IS waren uitgemoord en dat kerken vernietigd waren. 
Hij vertelde ook van gedode familieleden.

Een ander vertelde hoe in Pakistan zijn huis in de brand gestoken was en dat hij daarom op de vlucht geslagen was.

Aangrijpende verhalen, van mensen die gevlucht zijn, omdat ze in hun eigen land geen toekomst meer zagen.

Op de webpagina van Open Doors las ik in de vijftig landen op de Ranglijst Christenvervolging in totaal meer dan 260 miljoen christenen vervolgd worden om het christelijk geloof.[iii] 
Die kunnen natuurlijk niet allemaal naar Nederland vluchten.
Daarbij zullen ze niet allemaal ondergedoken zitten. Maar tegengewerkt dus wel. Tweederangsburgers, die vaak in het geheim moeten samenkomen.

260 miljoen.
Dat is bijna niet te vatten. Het is ruim 15 keer de totale Nederlandse bevolking.

Vaak is het geweld “religieus” of “godsdienstig” gemotiveerd.
Moslims vinden christenen ketters, omdat ze zeggen dat Jezus God is, Gods Zoon.
“God heeft geen Zoon”, zeggen zij. Hun centrale geloofsbelijdenis is dan ook “Er is geen god dan god, en Mohammed is zijn profeet”.

Wat dat betreft staat de Islam ook weer niet zo ver weg van het Jodendom, al erkennen de Joden vanzelfsprekend Mohammed niet als profeet. Maar we horen in de belijdenis van de Islam hoe de Joodse belijdenis is overgenomen: “Luister, Israël! De HEERE, onze God, de HEERE is één!”.[iv]

Wij zeggen het met Israël mee, want het is een misverstand dat wij drie goden zouden hebben. Ook wij hebben één God: Vader, Zoon en Heilige Geest. Drie in één. Maar goed, dat is meer een onderwerp voor het Hervormd Vreeswijk College dan voor nu.

Vanmorgen lazen wij de geschiedenis van de eerste christelijke martelaar, Stefanus.

Hij is één van de zeven diakenen die door de gemeente in Jeruzalem zijn aangesteld. Van die zeven wordt hij ook als eerste genoemd door Lukas, de schrijver van het boek Handelingen. Lukas omschrijft hem als “een man vol van geloof en van de Heilige Geest”.[v]

Als de gemeente in Jeruzalem groeit en ook priesters zich aansluiten bij de gemeente, ontstaat er verzet vanuit de synagoge richting de christelijke gemeente.
Het gevoel van de noodzaak om in te grijpen groeit.

Waar Gamaliël, de leraar van Paulus, eerder nog betoogde de christelijke gemeente maar met rust te laten, vanuit de gedachte: “Als het uit mensen is, dan waait het vanzelf weer over, maar als het van God afkomstig is, dan moeten we niet tegen God gaan strijden”.[vi] Daar wordt nu voor een andere tactiek gekozen. De tactiek van “aanpakken”.

We lazen samen hoe Stefanus het aan de stok krijgt met de mannen uit de synagoge.
Er is sprake van “redetwisten”. Een woordenstrijd, een dispuut. Maar – schrijft Lukas dan – die woordenstrijd kunnen ze niet winnen. 

10Zij waren echter niet in staat de wijsheid en de Geest, door Wie hij sprak, te weerstaan.

En wat doe je als het met woorden niet lukt?

Dan geef je elkaar een hand en zeg je: “Nou we worden het niet eens…”
Of je zegt: “We hebben het er nog een keer over… Dank voor uw tijd.”[vii]

“Nee, dát niet”, denken de mannen van de synagoge.
“Het moet afgelopen zijn met dat gedweep over Jezus”.
“Dit soort ketterijen moeten uitgeroeid worden”.

“We zoeken wel een andere manier om ons gelijk te halen!”

11Toen zetten zij mannen aan om te zeggen: Wij hebben hem lasterlijke woorden tegen Mozes en God horen spreken.

Bij het lezen dacht ik: er is niets nieuws onder de zon.
Hoe vaak heb ik de afgelopen jaren niet gelezen dat christenen voor een rechter gesleept worden in Pakistan, in Iran en noem maar op, omdat zij de profeet beledigd zouden hebben…

Wel, bij Stefanus gebeurt het ook. En het hele volk raakt ondersteboven. “Oh wat erg, oh wat erg…” “Schande!”

Het eind van dit liedje is dat ze Stefanus grijpen en hem voor de Raad slepen.
Nou, als het zo gaat, dan vrees je al het ergste…

Direct lezen we de aanklacht, waarbij valse getuigen het woord doen:

Deze man houdt niet op lasterlijke woorden te spreken tegen deze heilige plaats en tegen de wet,
want wij hebben hem horen zeggen dat die Jezus de Nazarener deze plaats zal afbreken en de gebruiken zal veranderen die Mozes ons overgeleverd heeft.

Een dienaar is niet meer dan zijn heer. Als zij Mij vervolgd hebben, zullen zij ook u vervolgen. 

Jezus de Nazarener…

Het lijkt toch op het proces van Jezus?
Valse getuigen.[viii]
Ook weer de tempel.[ix]
Andere gebruiken.[x]

Wat Stefanus precies gezegd zou hebben, wordt niet vermeld.
De aanklacht wordt wel zo geformuleerd dat straks naar de wet, Stefanus de doodstraf kan krijgen.
Godslasteraars dienen gedood te worden.[xi]

Ondertussen houden de Raadslieden hun ogen op Stefanus gericht. En zij zien zijn gezicht als het gezicht van een engel.

Dat doet denken aan Mozes als hij van de berg afkomt.[xii] De huid van zijn gezicht glansde toen, omdat de HEERE met hem gesproken had.

Stefanus is een boodschapper, ‘angelos’, engel van God, net als Mozes. Zo zal hij het woord nemen.
Maar hij doet dat pas, als de hogepriester gezegd heeft: “Zijn deze dingen zo?”

Dan geeft hij een vurige preek, waarbij hij kort de geschiedenis van Israël samenvat, beginnend bij Abraham.

Het slot van zijn preek is beschuldigend. Niet evangeliserend, niet verontschuldigend, maar beschuldigend:
51Hardnekkigen en onbesnedenen van hart en oren, u verzet u altijd tegen de Heilige Geest; zoals uw vaderen deden, zo doet u ook.
52Wie van de profeten hebben uw vaderen niet vervolgd? Zelfs hebben zij hen gedood die de komst van de Rechtvaardige aankondigden, van Wie u nu verraders en moordenaars geworden bent.
53U, die de wet ontvangen hebt door de dienst van engelen, hebt die niet in acht genomen!

Er volgt dan geen amen…

Niet van Stefanus.
En al helemaal niet van de aanwezigen.

Er worden na zijn preek ook geen 3000 zielen toegevoegd aan de gemeente.

Nee, de harten van de hoorders barstten van woede en zij knarsten hun tanden.[xiii]

Woedend zijn ze.
Wat nou: wij onbesneden van hart?
Wat nou: wij onbesneden van oren?
Hoezo verzetten wij ons tegen de Heilige Geest?
Hoezo verraders en moordenaars?
Wie denkt die man wel dat hij is?

Woedend zijn ze.

En Stefanus?
Is hij bang?
Kijk hij angstig om zich heen?
Kijkt hij verslagen naar de grond?
Denkt hij: “Oei, ik heb getuigd van Jezus… Dat had ik beter maar niet kunnen doen…”

55Maar hij, vol van de Heilige Geest, hield zijn ogen naar de hemel gericht en zag de heerlijkheid van God, en Jezus, staande aan de rechterhand van God.
56En hij zei: Zie, ik zie de hemelen geopend en de Zoon des mensen, staande aan de rechterhand van God.

Ja, gelovigen zien, wat ongelovigen niet zien.
Ik zie, ik zie wat jij niet ziet.
Zagen ze het maar.

Stefanus leeft onder een open hemel.
Hij ziet de heerlijkheid van God.
Hij ziet Jezus, staande aan de rechterhand van God.
Staande.
Alsof Hij die zit aan de rechterhand van God ervoor is gaan staan. Omhooggekomen, om goed te kijken.
Zoals Johannes het zegt in Openbaring: “…een Lam, staande als geslacht”.[xiv]

Hij ziet de hemelen geopend en ziet de Mensenzoon.[xv]
Jezus is de Mensenzoon.[xvi]
Jezus Christus staat als de overmachtige Heer voor Stefanus klaar.

Het hele proces waarin Stefanus als getuige heeft opgetreden draait in feite om Jezus de Christus. 

Wie is Hij?
Is Hij de Messias?
Is Hij de verhoogde Heer?

En nu bewijst de verhoogde Heer dat Hij ervan weet. 
Dat Hij het ziet. 
Had Jezus niet gezegd: “Ieder die Mij belijden zal voor de mensen, die zal ook de Zoon des mensen belijden voor de engelen van God.”[xvii]

En dat geeft Stefanus de rust om zich in het geloof over te geven. 

Ik ben veilig bij U.
Mijn houvast: U houdt vast.

Ondertussen wordt het wel aangevochten en wordt er flink tegen in geschreeuwd.
57Maar zij riepen met luide stem, stopten hun oren dicht en stormden eensgezind op hem af.
58En zij wierpen hem de stad uit en stenigden hem, en de getuigen legden hun kleren af aan de voeten van een jongeman, die Saulus heette.
59En zij stenigden Stefanus…

En wat doet Stefanus?
Zegt hij: “Wacht maar, wacht maar. Ik ga lekker naar de hemel en jullie zullen jullie straf niet ontlopen.”

Nee, hij roept Jezus aan: “Heere Jezus, ontvang mijn geest.”
Hij geeft zijn leven en citeert net als Jezus een Psalm.[xviii] 
In Uw hand beveel ik mijn geest;
U hebt mij verlost, HEERE, getrouwe God!
60En terwijl hij op de knieën viel, riep hij met luide stem: Heere, reken hun deze zonde niet toe! En toen hij dat gezegd had, ontsliep hij.

Hij bidt voor zijn beulen. Ook weer: net als Jezus.

Hij bidt voor zijn beulen, maar ook – al had hij dat zelf niet door – ook voor diee jongen die op de jassen past. 
Saulus heet die jongen…

Onwillekeurig dacht ik aan die 21 koptische christenen die in 2015 op een strand in Libië onthoofd werden. Ook IS. U herinnert zich dat wel. 

Zouden die mannen gebeden hebben voor hun beulen?

Ik dacht, wat zou ik doen als ik daarbij stond en een UZI in mijn handen had. Zou ik dan mijn UZI niet leegschieten, om daarna te herladen. Om mensen te redden.
Dat je haatgevoelens bij je zelf voelt opkomen en dat je denkt “Vechten nu!”

Maar Stefanus doet dat niet.
Hij bidt…

Een dienaar is niet meer dan zijn heer. Als zij Mij vervolgd hebben, zullen zij ook u vervolgen.

We schrikken ervan. Ook vanmorgen.
Maar het is wel mooi om te zien hoe dienaren op hun heer gaan lijken.

Stefanus lijkt toch op Jezus?
Stefanus’ einde lijkt toch op dat van Jezus?
Stefanus laat zich niet leiden door angst.
Vrijmoedig getuigt hij van Jezus.

Is dat ook niet een les voor ons?
“Ja, zegt u. Maar Stefanus was een super-gelovige en dat ben ik niet. Ik ben nou ja, gewoon… normaal… Ik schreeuw het niet van de daken of zo. En moet dat dan allemaal…”

Nou, u moet niets!
Maar als u van de Heere Jezus houdt – dat doet u toch -, dan blijft dat toch niet verborgen?
Als u van de Heere Jezus houdt – dat doet u toch? -, dan is dat toch merkbaar?
Al was het alleen maar omdat u omkijkt naar anderen.
Al was het alleen u niet roddelt, niet veroordeelt, niet steelt, enzovoorts.

Mensen weten heus wel hoor, dat u naar de kerk gaat.
En op het werk zien ze heus wel, als u voor uw eten bidt. Al is het een schietgebedje.

Waarom zouden we niet gewoon aangaan over Jezus?
Vertel gewoon eens waarom u naar de kerk gaat.
En nodig eens iemand uit voor een dienst.

Ik weet wel: wij zijn niet allemaal Stefanussen.
Maar dagelijks, dichtbij dienen, dat kunnen we toch allemaal?

In die gemeente van Jeruzalem zullen ook mensen geweest zijn, die niet in de Bijbel staan, maar die heel veel op u lijken.
In de kerk zijn we ook allemaal verschillend.
Maar ondertussen zijn we wel allemaal getuigen.
En daarom kunnen we maar beter goede getuigen zijn…

Vandaag is de dag van de vervolgde kerk.

260 miljoen christenen worden wereldwijd vervolgd.
Die 260 miljoen zijn ook niet allemaal Stefanussen.
Niet allemaal perfecte mensen.

Het zijn mensen zoals wij… zoals u en ik.

Mensen die Jezus als hun Heer belijden.
Mensen die Hem volgen, met vallen en opstaan.
Mensen die vertrouwen, die volgen en verwachten.

Mensen die luisteren naar Zijn stem, naar Zijn Woord.
Mensen die leven onder een open hemel.
Mensen die blij worden als ze aan Zijn Naam denken, omdat Hij is zoals Hij heet. HEERE: Ik ben erbij. Jezus: Zaligmaker.
Mensen die weten: Dag aan dag draagt Hij ons.
Zijn trouw is groter dan onze trouweloosheid.
Zijn liefde is groter dan onze liefdeloosheid.

En Hij heeft beloofd…
Wat?
“Gij zult Mijn getuigen zijn”.[xix]

Amen


[i] https://www.opendoors.nl/nacht (d.d. 2020-06-06).
[ii] https://www.rd.nl/kerk-religie/verschillende-apostelen-waren-martelaren-ii-1.456441 (d.d. 2020-06-06).
[iii] https://www.opendoors.nl/ranglijst?gclid=EAIaIQobChMIj5ut6t3t6QIVzJ13Ch0jvg1CEAAYASADEgIDe_D_BwE (d.d. 2020-06-06).
[iv] Deut. 6:4.
[v] Hand. 6:5.
[vi] Hand. 5:34-39.
[vii] Vgl. Hand. 17:32.
[viii] Vgl. Mat. 26:59-61; Mc. 14:56-59. Zie ook 1 Kon. 21.
[ix] Vgl. Mat 26:61; Mc. 14:58. Waarschijnlijk heeft Stefanus Luk. 21:6 aangehaald. Lukas is immers de auteur.
[x] Vgl. Luk. 11:37 e.v..
[xi] Vgl. Lev. 24:11 e.v..
[xii] Ex. 34:29.
[xiii] Vgl. Ps. 35:16 en Ps. 112:10.
[xiv] Op. 5:6.
[xv] Dan. 7:13,14.
[xvi] Luk. 22:69.
[xvii] Luk. 12:8.
[xviii] Ps. 31:6.
[xix] Hand. 1:8.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s