Hoezo, eenzame Kerst?

Meditatie Kerstnachtdienst in de Dorpskerk gehouden op 24 december 2020

Gemeente van Jezus Christus.
En allen die vanavond meekijken, meeluisteren en meevieren.

Fijn dat u erbij wilt zijn.

U had ze waarschijnlijk al zien hangen en ik heb er nog helemaal niets over gezegd.
Maar al die engelen.
In de kerk, aan de preekstoel.
Prachtig.
Ze zijn gemaakt door de kinderen van de Kindernevendienst. 
De afgelopen weken zijn we namelijk al vaak een engel tegengekomen. 

Er kwam een engel bij Maria en die zei dat zij een Kindje zou krijgen.
En zij geloofde de engel. Zij geloofde het woord.

Daarvoor was de engel bij Zacharias geweest en daar had de engel gezegd dat hij en Elizabeth een kind zouden krijgen.
En Zacharias zei: “Ja beste engel, hoe weet ik nou dat je de waarheid spreekt. Want ik ben al een oude man en mijn vrouw is ook al op leeftijd… Beste engel: Kijk eens naar de feiten!”

Ja, zo gaat dat…

Toen, in de Bijbel…
Maar nu nog, denk ik…

“Bestaan engelen wel?”, denkt iemand?
“Is de Bijbel geen groot sprookjesboek?”.

Maar Maria gelooft niet in sprookjes.
Zij gelooft het woord van de engel. 

En Zacharias moet er ook aan geloven.
Uiteindelijk zal hij zingen:
“Geprezen zij de Heer, de God van Israël,
Hij heeft zich om zijn volk bekommerd en het verlost.”

In die tijd, dus de tijd dat een engel bij Maria en Zacharias is gekomen, kondigt keizer Augustus een decreet af dat alle inwoners van het rijk zich moeten laten inschrijven.

Keizer Augustus weet niets van Zacharias.
Ook niets van Maria.
Niets van Jozef.
Niets van Jezus.

De keizer beveelt! “Ga” en mensen gaan.
“Kom” en mensen komen.

De keizer is de baas. Caesar Kurios, de keizer is Heer.
Hoezo: “Geprezen zij de Heer, de God van Israël,
Hij heeft zich om zijn volk bekommerd en het verlost.”?

Israël is ingelijfd door het Romeinse rijk.
Wordt op een hoop geveegd met Syrië, waar ene Quirinius de scepter zal zwaaien.


Maria en Jozef zijn onderweg naar Bethlehem.
De stad van David.
Van dat rijk is zoals gezegd niets meer over. Ingelijfd bij Rome.
In Jeruzalem is de zetbaas van de Romeinen koning. Herodes heet hij, al wordt hij door Lukas niet genoemd.

Wonderlijk.
Augustus weet niets van Jezus.
Maar door zijn bevel komt wat God belooft in – wat wij dan noemen – het Oude Testament wel precies uit.

God vervult alles wat Hij belooft.
Of Zacharia het nu wel of niet gelooft.
Od Augustus dat nu wel of niet gelooft.

Ondertussen lijkt het of Jozef en Maria pionnen zijn op het schaakbord van een keizer.
Een man met een zwangere vrouw.
Onderweg. Niet echt ideaal allemaal.
Allemaal  vanwege de grillen van een machthebber.

Als Jozef en Maria in Bethlehem aankomen is er voor hen geen plaats in het nachtverblijf.

Je zou zeggen: “Nou dat begint al goed…”
Niet welkom! Maar het belet Gods Zoon niet om toch geboren te worden.

Hij komt toch, ook als zit niemand op Hem te wachten.

Voor Hem, Die voor ons plaats bereid in het huis van Zijn Vader.
Voor Hem is geen plaats in het nachtverblijf.

Geen plaats voor Hem.
Wij hebben godenzonen, de keizer wat al niet meer.
Maar de Zoon van God… Hoe welkom is Hij? 
Maar Hij komt toch ter wereld.

In deze wereld!
In onze wereld!
In uw wereld!
In mijn wereld!

Hij komt!
Hij wordt in een doek gewikkeld en in een voederbak gelegd.

Zo wordt God mens.
God onder ons.
God met ons.
God als één van ons.

Maar Bethlehem breekt niet uit in lofgezang.
Jeruzalem breekt niet uit in lofgezang.
Rome breekt niet uit in lofgezang.
De hele wereld breekt niet uit in lofgezang!

Het is stil.
God wordt mens en de mensen slapen.

Nou ja, niet allemaal.
In het veld buiten de stad waken herders bij hun kudde.
Hun namen worden niet vermeld en met hoeveel zij waren ook niet.

Plotseling staat er een engel van de Heer bij hen.
Misschien is het weer Gabriël.

In ieder geval een engel en het stralende licht van de HEER, dat wijst op Zijn aanwezigheid, Zijn heerlijkheid, dat stralend licht omgeeft de herders.

En wat doen de herders?
Ze schrikken.

Wat zou u doen als er plotseling een engel verscheen?
Als u vanuit het niets plots in het licht van de heerlijkheid van God wordt gezet?

Schrikken?
De herders in ieder geval wel.

“Wees niet bang, want ik kom jullie goed nieuws brengen, dat het hele volk met grote vreugde zal vervullen: vandaag is in de stad van David jullie redder geboren. Hij is de messias, de Heer. Dit zal voor jullie het teken zijn: jullie zullen een pasgeboren kind vinden dat in een doek gewikkeld in een voederbak ligt.”

Jullie redder is geboren!
De Messias!
De Heer!

Jezus Kurios, niet Caesar Kurios, Jezus Kurios.

En direct voegt zich bij de engel een leger van engelen.
Die God beginnen te prijzen!

Ja, God prijzen.
God groot maken.
Dat doen engelen in de hemel altijd.
God prijzen, God groot maken, dat gebeurde nou juist niet op de aarde.

Nee, dat “ere zij God” komt niet op uit de aarde.
Ook in Bethlehem niet. Daar ligt iedereen te slapen.

Maar hier, bij wakende herders, hier breekt de lofzang los.
En het begint van boven!

Wij mogen niet zingen.
Daarom zingen de engelen:
“Eer aan God in de hoogste hemel
en vrede op aarde voor alle mensen die Hij liefheeft.”

Hoe lief?
God geeft Zijn heilig Kind over aan, verbouwd Hem toe aan ons mensen.
Aan Jozef en Maria, maar ook aan Augustus, Quirinius, Herodes… Pilatus, Kajafas, Judas… en vul gerust ook uw eigen naam in.
En dan beginnen engelen te zingen.

Ere zij God!
Kunt u het meezingen?

Dat is wel de bedoeling.
Je kunt niet blijven kijken en luisteren.
Je moet ook een keus maken.
Zing ik mee, of laat ik die engelen maar zingen…?

Eer zij God!
Kunt u het over uw lippen krijgen?

Zing eens mee:
“Eer aan God in de hoogste hemel.”
“Vrede op aarde voor alle mensen die Hij liefheeft.”

De vrede van God die alle verstand te boven gaat.
De vrede van God is meer dan het gebrek aan oorlog…

Hij komt met vrede, nu is het goed tussen u en Mij vanwege het Kind.
En het Kind roept ons op om vrede te sluiten met Hem, onszelf en elk ander.

De engelen gaan daarna terug naar de hemel.
De herders blijven op aarde.
Met twee benen op de grond, maar hun hoofd is vol wat er vanuit de hemel gezegd is.

Ze stoten elkaar aan “Laten we naar Betlehem gaan om met eigen ogen te zien wat er gebeurd is en wat de Heer ons bekend heeft gemaakt.”

Ze gaan meteen op weg en vinden Maria en Jozef en het Kind in de voederbak.

Ze zullen het bewonderd hebben.
En zich verwonderd hebben.

Daar ligt God, in een voederbak.
Daar ligt God, als hulpeloos kind.
Jezus Kurios.
Jezus de Messias, de Christus, de Heer!

Ja, maar altijd anders dan wij ons voorstellen.
“Dwaas” zijn we wel in de kerk.

Onze God ligt in een voederbak.
Onze God sterft aan een kruis…

En toch, we leven ervan!
We worden er intens blij van!

Vanavond vieren wij dat God is gekomen!
In Jezus!

De herders vertellen wat zij gezien en gehoord hebben. Zij loven en prijzen ondertussen God.
Mensen reageren verbaasd.
Maria bewaart de woorden in haar hart en blijft erover nadenken.

In wie herkent u zichzelf het meest?

Laten wij met de herders het Kind bij Zijn Naam noemen: Jezus.
En meezingen met de engelen, al is het in je hart: “Ere zij God…”

Wie in het Kind zijn of haar verlosser herkent en erkent zal met deze Kerst allesbehalve eenzaam zijn!

Amen

Een gedachte over “Hoezo, eenzame Kerst?

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s