Gebouwd, gewandeld, vertroost!

Vierde preek over Handelingen 9, nu de verzen 23-31 gehouden op 25 juli 2021 in de Dorpskerk van Vreeswijk-Nieuwegein.

Gemeente van onze Heere Jezus Christus.

Boven de preek heb ik geschreven:
Opgebouwd, gewandeld, vertroost

Opgebouwd
Het eerste is dus “opgebouwd”.
Het Bijbelgedeelte dat we lazen eindigt met de woorden.
31De gemeenten dan in heel Judea, Galilea en Samaria hadden vrede en werden opgebouwd.

Deze woorden lijken in contrast te staan met het voorgaande.
Dus wat eraan voorafgaat.
Het is net alsof vers 31 niet helemaal hoort bij het voorafgaande.
Trouwens ook niet bij wat volgt.
Vanaf vers 32 pakt Lukas de draad weer op van Petrus.
En Paulus komt pas weer in beeld in hoofdstuk 11:25 als Barnabas naar Tarsus gaat om daar Paulus op te halen voor het werk in Antiochië.
Maar dat is in Handelingen 9 nog toekomstmuziek.

Even een korte opfrisser.
In Handelingen 9 lezen we hoe Saulus onderweg gaat om ook Damascus mensen van de Weg, volgelingen van Jezus gevangen te nemen om ze over te leveren aan het gerecht.
Maar onderweg gebeurt het dat de levende Jezus hem verschijnt.
Saul, Saul, waarom vervolgt u Mij?

Wie bent U, Heere? 
Ik ben Jezus, Die u vervolgt.

Bevend en verbaasd vraagt Saulus: Heere, wat wilt U dat ik doen zal? Hij geeft zich over: Wat wilt U!
En de Heere antwoordt: Sta op en ga de stad in en daar zal u gezegd worden wat u moet doen.

Saulus gehoorzaamt,

Blind, vol berouw komt hij aan in Damascus.

Drie dagen lang eet en drinkt hij niet.

Dan komt Ananias langs, gestuurd door de Heere.

Die legt hem de handen op.
Genezend en opbouwend, Saulus kan weer zien en ontvangt de Heilige Geest.
Hij wordt gedoopt.
Hij eet en als hij aangesterkt is begint hij meteen in de synagogen te preken dat Jezus de Christus is, de Zoon van God is.

Nou ja, over dat voorafgaande gedeelte is drie keer gepreekt.
Bij de derde preek eindigde het met verwarring.
Saulus brengt de Joden in Damascus in verwarring door aan te tonen dat Jezus de Christus, de Gezalfde, de beloofde Messias is waar het Oude Testament vol van is.

Wij vierden toen het Avondmaal.
Wij gedachten zijn sterven en dood en wisten Hem tegelijkertijd als de Levende door Zijn Geest nabij.
“Jezus is Heer!” beleden wij.

Maar als Saulus in Damascus preekt, rijst er geen dankbaarheid op, geen vreugde, maar verzet dat uitmondt in haat.

Als er veel dagen verlopen zijn, wordt men het in die synagogen zat en wordt er een moordaanslag op Saulus voorbereid.
En het is menens, want de poorten van de stad worden bewaakt, zodat Saulus niet kan ontsnappen, de stad niet kan verlaten.
Ze willen hem echt te pakken krijgen.

En toch, op klassieke wijze weet hij te ontsnappen.
Net zoals Rachab de verspieders vanuit het venster aan de stadsmuur van Jericho laat ontsnappen, zo ontsnapt Saulus uit Damascus.
De discipelen laten hem via een mand aan een touw door een opening in de muur zakken zodat hij de stadspoorten ontwijkend toch Damascus uitkomt.

En dan gaat Saulus naar Jeruzalem.
Daar blijken die woorden aan Ananias ook bewaarheid te worden.
Welke worden?
Nou die woorden die Jezus tegen Ananias gesproken had.
Ga, want deze is voor Mij een uitverkoren instrument om Mijn Naam te brengen naar de heidenen en de koningen en de Israëlieten.

Want Ik zal hem laten zien hoeveel hij moet lijden voor Mijn Naam.

Dat lijden maakte hij niet alleen mee in Damascus.
Ook het feit dat de discipelen niet geloven dat hij één van hen is, zal pijn gedaan hebben.
Hier lijdt hij niet aan vervolging, maar aan de kerk.
Ik denk dat wij hier in Nederland ook meer te lijden hebben aan de kerk dan aan vervolging.
Lijden aan de kerk.

Het is Barnabas, de zoon der vertroosting, ook wel Joses genoemd, die zich over Saulus ontfermt.
In hoofdstuk vier heeft Lukas al over Barnabas geschreven. Hij is een Leviet, afkomstig uit Cyprus, die een akker had, die verkocht en de opbrengst legt aan de voeten van de apostelen.
Dat bracht Ananias en Saffira ook op een idee…

Nou ja, Barnabas brengt hem naar de apostelen en vertelt hen hoe Saulus onderweg de Heere gezien had.
En dan trekt Saulus met die apostelen Jeruzalem in en uit.

En hij doet meer. Weer lezen we dat hij vrijmoedig spreekt over de Naam van de Heere Jezus.
Hij spreekt en redetwist met de Griekssprekende Joden en dan – net als in Damascus – willen ook zij hem dood.
Als de broeders dit te horen krijgen, brengen ze Saulus naar Caesarea om hem vandaar naar Tarsus te sturen.

Pas in hoofdstuk 11 wordt hij vandaar opgehaald door Barnabas.


En dan vers 31 

31De gemeenten dan in heel Judea, Galilea en Samaria hadden vrede en werden opgebouwd; en zij wandelden in de vreze des Heeren en de vertroosting door de Heilige Geest en namen in aantal toe.

Begrijpt u nu waarom ik zei: vers 31 lijkt niet bij het voorafgaande te horen?

Meer een terloopse opmerking, om aan te geven dat de zending in Israël is voltooid.

Zodat verder gewerkt kan worden aan het vervolg: de zending onder de heidenvolken. Petrus zal straks naar Cornelius gaan.
Saulus bezoekt wellicht in deze periode de nazaten van die andere zoon van Abraham, de Ismaëlieten in Arabië; dat is het over-Jordaanse onder Damascus.

Maar goed.
De tekst.
31De gemeenten dan in heel Judea, Galilea en Samaria hadden vrede en werden opgebouwd; en zij wandelden in de vreze des Heeren en de vertroosting door de Heilige Geest en namen in aantal toe.


Wie hebben die gemeenten opgebouwd?
Waren dat beroepskrachten?
De apostelen?
Diakenen zoals Filippus? Denk aan Samaria, Handelingen 8.
De dochters van Filippus?

Of moet je zeggen: De verhoogde Jezus, Christus bouwt Zijn gemeente.
En Zijn Heilige Geest schakelt daar gewone gemeenteleden bij in.
Mensen die belijden “Jezus is Heer” en niet anders kunnen dan Jezus liefde doorgeven aan eenieder die zij tegenkomen.

Afgelopen week was ik op groepsvakantie met Cross Culture.
En daar zag ik het gebeuren.
Er was een vrouw bij die geboren is in Damascus.
Een moslima, eerst gevlucht naar Libanon en na veel omzwervingen in Nederland gekomen.
Ze was tot tranen geroerd toen ze hoorde over de liefde van God in Jezus Christus.
Toen ze over Jezus hoorde, zei ze “Ja, zo zou God moeten zijn. Vol liefde”.
En dat is Hij!

Maar weet u wie haar dat duidelijk maakte?
Wie voor haar alle tijd had om over Jezus te praten?

Een ex-moslima van ongeveer dezelfde leeftijd, afkomstig uit Teheran. Vorig jaar gedoopt.
En zij bad met haar, bad voor haar en praatte en praatte.
Niet dat deze vrouw direct helemaal bekeerd is tot Jezus.
Niet dat zij direct uitriep “Jezus is Heer”.
Maar je zag haar wel denken:
Wie is God?
Hoe is God?

Dat is toch geweldig?
Ik kan wel een avondoverdenking houden, maar het evangelie, de goede Boodschap wordt vooral verspreid door gewone mensen zoals u.
In het leven van elke dag.

Soms vraag je je af: Waar komt die vreemde gedachte toch vandaan dat evangelisatie iets is voor professionals?
Voor betaalde krachten?
Wij zijn toch allemaal getuigen?
Je kunt toch niet zeggen: “We hebben een evangelist in dienst en daarmee zijn we een missionaire gemeente”?
Of “We hebben een evangelist in dienst, die moet maar evangeliseren, hij wordt er voor betaald. Ik niet…”?

Da’s toch raar. 
We zeggen toch ook niet: “We hebben een dominee en die gelooft wel namens ons…”?
Nee!


Overigens is zo’n groepsvakantie opbouwend.
Ik heb altijd de neiging om te letten op de dagsluitingen en de Bijbelstudies en de gesprekken die daarop volgen.
Die waren er dus ook.

Het overkoepelende thema was “De bouwplaats”.
Op maandag lazen we over de Schepping, God Die alles maakte.
Op dinsdag over Jezus, die de barmhartige Samaritaan is. Hij laat zien wat het is God lief te hebben boven alles en de naaste als jezelf.
Op woensdag lazen we over de bloedvloeiende vrouw en haar geloof in Jezus.
Op donderdag lazen we over de vrienden die hun vriend via het dak bij Jezus brengen.
En op vrijdag klonk de oproep en de belofte: Zie ik sta aan de deur en Ik klop. Als iemand mijn stem hoort en de deur opent, zal Ik bij hem binnenkomen en de maaltijd met hem gebruiken, en hij met Mij.

Al die Bijbelgedeelten zijn met elkaar in groepjes besproken.
Als je dat dagelijks doet, dagelijks zulke gesprekken voert, dan ontstaat er ook iets. Gebeurt er ook iets.

Daarom zijn die WijkBijbelkringen ook zo belangrijk. Je zou bijna zeggen. Dat moeten we niet acht keer per jaar doen, maar dagelijks.
Dagelijks elkaar opzoeken. Dagelijks samen lezen en samen bidden, samen doorpraten. Alle-dag-kerk.

Overigens was er ook tijd voor andere zaken.
Sport en spel. Daarbij kijk je elkaar in het hart. Je ontdekt ook “Die is fanatiek, die moet je een beetje helpen”.
En je ontdekt dat bijna iedereen een beetje vals speelt.
Nou ja, ik in ieder geval wel.
Verder gingen we naar een attractiepark, de dag daarna naar het zwembad enzovoorts.
Maar alles samen.
Als een groot familiekamp.
Er werd samen gezongen.

Een gemeenteweekend voor ons, lijkt me dus ook niet zo verkeerd.

Maar goed, vers 31.
De gemeenten (…) werden opgebouwd.

Er was zowel innerlijke als uiterlijke groei.

Gewandeld

En het tweede dat we dan in vers 31 lezen is:
en zij wandelden in de vreze des Heeren.

De vreze des Heeren heeft niets met angst te maken – de liefde drijft de angst uit, schrijft de apostel Johannes.
Maar diezelfde Johannes valt wel als dood neer als de verheerlijkte Christus hem verschijnt.
De vreze des Heeren heeft te maken met een diep ontzag een diep respect voor de Heere Jezus, voor God.

Als je daarin wandelt, dan betrekt je de Heere Jezus bij alles.
Je kunt ramen zemen in de vreze des Heeren.
Zelfs toiletten schoonmaken in de vreze des Heeren.
Als je wandelt met Hem.

Wandelen in de vreze des Heeren is niet af en toe eens een wandelingetje met God maken.
Als het jou uitkomt. Als jij even tijd over hebt.

De vreze des Heeren stempelt je hele leven, het gehele leven.
Je doen en laten.
Het is niet af en toe vrome dingen doen, maar alle dingen vroom, toegewijd aan Jezus.
Dat is wat daar gebeurt.

Soms vrees ik dat we dat een beetje kwijtraken.

Dat we iets hebben van “Ja hallo, ik heb ook mijn eigen leven nog…”.
Nou, Paulus zou zeggen: “Dat heb je niet! Christus heeft jouw leven! Niet meer ik leef, maar Christus leeft in mij!”

Beoefen dan ook de omgang met Hem!
Stel je open voor Gods stem en Zijn aanwezigheid in het leven van alle dag. 
Breng regelmaat aan, zorg dat je vaste gewoonten hebt: bidden voor het eten, bidden bij het opstaan, bidden bij het naar bed gaan. Dat is vijf keer per dag.
Lees uit de Bijbel. 

Zorg dat je de zondag zoveel mogelijk vrij van werk houdt. 
Ook van feestjes en dergelijke.
Houd die zondag nou vrij voor kerkgang en ontmoeting.

Meld je aan bij een Bijbelkring of een gebedskring.
Help bij andere activiteiten zoals het schoonmaken van de Voorhof, hij bijhouden van de begraafplaats, enzovoorts.

Respecteer degenen die jouw leven, welzijn en ontplooiing mogelijk hebben gemaakt: je ouders en voorouders, je politieke leiders, je traditie, je docenten. 
Respecteer oudere mensen van wie het lichaam het laat afweten, maar bij wie het besef voor wat waardevol is, eerder groeit dan afneemt. 

Zet waar nodig dat respect om in concrete zorg. 
Ook als je volwassen en verstandig bent geworden en het razend druk hebt, blijf je aandacht vrijmaken voor je ouders en hun generatie. 
Bezoek ze en draag zorg voor ze, zo lang als dat nodig is.
Ook als er voor die regelmatige zorg op het eerste gezicht geen tijd lijkt te zijn. 

Heb eerbied voor alles wat leeft. Vanaf de conceptie tot het einde.

Wees trouw in je relatie met de persoon met wie je je leven deelt. Zolang als jullie beide leven. En omdat je weet dat ontrouw en verlating vaak het resultaat zijn van een langer proces van vervreemding, werk aan die relatie.

Respecteer het bezit van anderen.
Loop met je eigen bezittingen niet te koop en relativeer het belang van materiële zaken, of het nu auto’s, merkkleding of elektronische gadgets zijn. 

Houd je verwijderd van uitbuiting en kinderarbeid. 

Allemaal zaken die met de vreze des Heeren te maken hebben.
En u had het vast al door: ook met de Tien Geboden, de richtingswijzers bij het goede leven.
Daarom lezen we op zondag ook de Tien Geboden.

Tel vooral ook je zegeningen. 
Probeer niet jaloers te zijn op anderen met een mooier huis, een mooiere vakantie, een mooiere weet ik veel wat.
Wees tevreden.
Wees je er tegelijkertijd van bewust dat soberheid zou kunnen ontaarden in krenterigheid, probeer dus ook te genieten.


Kortom probeer de dankbaarheid in woord, daad en gebed handen en voeten te geven.

Vertroost
Dat brengt ons bij het laatste, derde punt: vertroost.
31De gemeenten (…) werden opgebouwd; en zij wandelden in de vreze des Heeren en de vertroosting door de Heilige Geest…


De vertroosting van de Heilige Geest.
De NBV vertaalt met “de bijstand van de heilige Geest”.

In het Grieks wordt voor het woord dat met “vertroosting” is vertaald het woord παρακλησει gebruikt.

We herkennen daar het woord Parakleet in. Het woord dat Jezus gebruikt voor de Heilige Geest als Hij zegt in Johannes 16:7 “Het is nuttig voor u dat Ik wegga, want als Ik niet wegga, zal de Trooster niet naar u toe komen; maar als Ik heenga, zal Ik Hem naar u toe zenden.”
Van diezelfde Geest zegt Hij: “Hij zal u de weg wijzen in heel de waarheid…”
“Hij zal Mij verheerlijken
…”

Wanneer de gemeente dan ook getroost wordt door de Trooster, staat Jezus centraal.
Zijn volbrachte werk!
Zijn gebod!

Zijn beloften en Zijn geboden.
Ze horen helemaal bij elkaar.
Net als vertroosting en vermaning.

Voor mijn gevoel sluiten we vandaag seizoen 2020-2021 af.
Dat komt volgens Lianne omdat ik als leraar en eerder als kind al zo’n 51 jaar vanuit schoolvakanties en schooljaren denk.

Ik zie uit naar het nieuwe seizoen.
Allerlei ideeën en plannen.
Maar ik kijk ook terug.

En dan vraag ik.
Is er het afgelopen seizoen nu gebouwd of afgebroken?

Is er nu gewandeld in de vreze des Heeren of liep iedereen maar een beetje zijn of haar eigen weg.

Is er iets gemerkt van de vertroosting van en door de Heilige Geest?

Door al die coronamaatregelen, was het jaar anders dan ik, dan wij verwachtten.

Veel zaken in het gemeenteleven lagen stil.
Vergaderingen via ZOOM.
WijkBijbelkringen via ZOOM.

Ik denk dat er veel ouderen zijn die meer dan een jaar niet in de kerk geweest zijn.
Jongeren, die liever naar andere livestreams keken – BEAM en zo – , dan naar de livestream van Hervormd Vreeswijk.
Misschien ook wel oudere jongeren, die de livestreams van Hervormd Vreeswijk aan zich voorbij lieten gaan en naar Houten of Mozaïek keken.

De band, door het ontbreken van de fysieke ontmoeting werd minder.
De gedachte, de wetenschap dat wij samen hier één gemeente vormen staat onder druk.

Natuurlijk, ik haast me erbij te zeggen dat er ook trouwe kijkers en trouwe kerkgangers zijn.
Maar was en is er nu innerlijke en uiterlijke groei?

Gelukkig dan aan het einde weer te horen en te bedenken dat de verhoogde Christus Zijn kerk bouwt en dat Zijn Geest vertroost.
Maar van u, van jou, van mij wordt wel gevraagd om te wandelen in de vreze des Heeren.
De gemeenschap met Jezus te beoefenen.
Thuis, persoonlijk, in het gezin als dat er is.
Maar ook als gemeente, samen!

De Kerk is van Jezus.
Daarom is ze ook toekomstbestendig.
En daarom kan ik het werk ook even neerleggen.

Maar bidden voor de gemeente blijf ik wel, waar ik ook ben.
Bewijs ons Uw genade
Want dan, ja dan zingen wij bevrijd!

Wat?
De glorie van Uw daden,
in tijd en eeuwigheid.

Amen

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s