Zie!

Preek over Johannes 19:1-16 gehouden op 27 maart 2022 in de Dorpskerk van Vreeswijk, Nieuwegein

Gemeente van onze Heere Jezus Christus,

Ik weet niet hoe dat bij u is, bij jou.
Maar telkens als ik de lijdensgeschiedenis lees, heb ik meer de neiging om te zwijgen en te mediteren dan te preken.


Daarom vind ik de Stille Week altijd zo fijn.
Korte samenkomsten ter voorbereiding op Goede Vrijdag en Pasen.
Maximaal een half uurtje.
Een Schriftgedeelte.
Enkele woorden daarover.

Mooie liederen.
Samen het Onze Vader bidden.

Het is, denk ik, de soberheid.
Alle tierelantijntjes even weg en volledige concentratie op het Lam.

Daarom probeer ik ook altijd de Stille Week helemaal vrij te plannen.
Dat lukt niet altijd helemaal, maar toch.

Door het rooster van onze kinderen, zijn we nu al in de Stille Week beland.
Ik wil het vandaag kort en sober houden.
Niet somber, maar sober.
Al heeft ook de geschiedenis van vandaag wel iets sombers.

“Zie het Lam van God, Dat de zonde van de wereld wegneemt!”.[i]
Dat had Johannes de Doper geroepen toen Hij Jezus zag.
Een dag later zei de Doper het opnieuw: “Zie, het Lam van God!”[ii]

Toen was Johannes Hem gevolgd, samen met Andreas.[iii]
Andreas, die ook zijn broer Petrus erbij haalde.

“Zie, het Lam van God!” 

Vorige week hoorden hoe Petrus en Johannes vanaf de Olijfberg de stad binnen gingen.[iv] 
Een zaal vinden die al helemaal kosjer is.
Zij bereiden de Paasmaaltijd.
Kruiden, brood, wijn.
En vooral een lam!

Geen Pasen zonder een lam!
Zonder Lam geen Pasen.

Vorige week hoorden we ook van de ondervraging door de hogepriester Annas.
Geboeid stond onze Hogepriester voor de hogepriester.
“Zeg, vertel eens over je discipelen en je leer”, had die gezegd.
De hogepriester vroeg naar u, naar jou, naar mij…

Vandaag staat Jezus voor Pilatus.
De Rechter voor de rechter.

In een ondervraging had Pilatus geen enkel strafbaar feit vast kunnen stellen. 
Een juridische basis om het oordeel van het Sanhedrin te bevestigen. Zij hadden al aangedrongen op de doodstraf.[v]

Pilatus heeft gesproken over de vrijlating van een gevangene. Een symbolische daad ter herdenking van Israëls bevrijding uit Egypte. 

Maar het volk kiest massaal voor de vrijlating van Bar-abbas. De zoon van Abba.
Hij is de favoriet.
Niet Jezus.

“Zie, het Lam van God!”, had de Doper geroepen.
Het Lam wordt gegeseld[vi].

Misschien denkt Pilatus wel dat dat de woede en de oproer wat zal bedaren.

Soldaten vlechten ondertussen een kroon van dorens en zetten die op Zijn hoofd.
Zij doen Hem een purperen bovenkleed om.
Eéntje is altijd de eerste, maar daarna zeggen ze het allemaal: “Gegroet. 

Ave, Koning van de Joden!”


Ze slaan Hem in het gezicht.

Net voordat de haan kraaide had een dienaar van de hogepriester dat al gedaan.

Hier soldaten.

Jezus, de Koning?
Dwaasheid.
Bespottelijk.

Daarom bespotten zij Hem ook.

En Pilatus laat zijn soldaten hun gang gaan.

Dan komt hij weer naar buiten.
Opnieuw herhaalt hij, voor de derde keer geen schuld te vinden in Jezus, Die nu naar buiten wordt gebracht.

“Zie, het Lam van God!”, had de Doper geroepen.
“Zie, de Mens!”, roept Pilatus.

Kijk!
Kijk!

Daar staat Hij.
Hij van Wie wij belijden dat Hij om ons mensen en om ons behoud is neergedaald uit de hemelen.
Eén van wezen met de Vader: door wie alle dingen geworden zijn. 

Ondertussen zien de overpriesters en de dienaars Hem wel, maar zij zien niets in Hem.


Gestalte of glorie heeft Hij niet;

Als zij Hem zien, is er niets waardoor zij Hem zouden begeren.
Hij wordt veracht, Die onwaardige, Die Man van smarten.

Zij schreeuwen het dan ook uit: “Kruisig Hem, Kruisig Hem!”

“Doen jullie dat zelf maar”, zegt Pilatus, “want ik vind in Hem geen schuld”.

“Geen schuld, geen schuld? Wij hebben een wet en volgens onze wet moet Hij sterven, want Hij heeft Zichzelf Gods Zoon gemaakt”.

“Wij hebben een wet en volgens onze wet moet Hij sterven…

Wij rekenen niet met dat Romeinse recht, de wet van Mozes is principieel anders!
Godslastering geldt daarin als een absolute doodzonde” (Lev. 24:16).

O allerheiligst, onuitspreeklijk wonder:
de Rechter zelf gaat aan het recht ten onder.

Pilatus schrikt.
Volgens sommige uitleggers vanwege Romeins bijgeloof. “Een godenzoon…, dan moet ik op mijn hoede zijn”.
Volgens andere uitleggers is Pilatus vooral bang voor de Joden. De druk die zij uitvoeren.

En onder die last, die druk zal hij uiteindelijk bezwijken.

“Zie, het Lam van God!”, had de Doper geroepen.
“Zie, de Mens!”, roept Pilatus.

Uiteindelijk zal Pilatus roepen: 
“Zie, uw Koning!”

Op de net begonnen joodse Bevrijdingsdag wordt Jezus door Pilatus vanaf zijn rechterstoel tot koning benoemd.

Wilt u daar vanmorgen ook op letten.
Als we het brood breken en u de wijn ziet vloeien.

Zie uw Koning.

Hij gaat de weg, deze weg helemaal voor ons, voor mij.
Ik kan dat nog steeds niet helemaal doorgronden.

“Het moest!” zal Jezus later tegen de Emmaüsgangers zeggen.

“Zie, het Lam van God!”.
“Zie, de Mens!”.
“Zie, uw Koning!”.

Deze neemt mijn schuld, mijn falen, mijn zonden mee.

En dan zou je toch stil en verwonderd willen zijn.

“Zie, het Lam van God!”.
“Zie, de Mens!”.
“Zie, uw Koning!”.

Ook vanmorgen worden wij opgeroepen om Jezus te zien, op te kijken naar Hem.
Dat is bij Johannes ook: geloven in Hem.

Zullen we voor Hem ons buigen.
Heere, U bent ook mijn Koning.
U bent de Mens, zoals ik die zou moeten zijn. Ik word herschapen naar Uw beeld.
U bent ook het Lam, dat mijn zonden wegdraagt.


Jezus, voor de Joden een ergernis, een struikelblok, voor de Grieken dwaasheid.

En tegelijkertijd zien we het Brood en de Wijn. 

Voor ons. 

Voor ons die behouden worden, is Christus, de kracht van God en de wijsheid van God.
Het dwaze van God is wijzer dan de mensen en het zwakke van God is sterker dan de mensen.

Uit Hem bent u in Christus Jezus, 
Die voor ons is geworden wijsheid van God en gerechtigheid, heiliging en verlossing,
opdat het zal zijn zoals geschreven staat: 
Wie roemt, laat hij roemen in de Heere.[vii]

Amen


[i] Joh. 1:29.

[ii] Joh. 1:36.

[iii] Joh. 1:37.

[iv] Mat. 26:18.

[v] Joh. 18:31.

[vi] Joh. 19:1. Geseling was een gevoelige lijfstraf, die door de Romeinen in verschillende gradaties werd toegepast. Men gebruikte dan een leren zweep voorzien van scherpe steentjes of stukjes metaal. Bij Romeinse burgers mocht deze straf uitsluitend worden toegepast na een rechterlijk vonnis, bij niet-Romeinen kon de minst ernstige vorm van geseling (fustigatio} ook worden gebruikt om de verdachte een bekentenis af te dwingen of een gevoelige les te leren (zie Hand.16:37; 22:25). 

[vii] Vgl. 1 Kor. 1:23-31.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s