Profeet, Priester, Koning!

Preek over Mattheüs 21:1-11 op Palmpasen, bij de openbare belijdenis van drie gemeenteleden. Gehouden op 2 april 2023 in de Dorpskerk van Vreeswijk (Nieuwegein).

Gemeente van onze Heere Jezus Christus,

Dat had je vanmorgen vast niet bedacht.
Ook niet verwacht, denk ik.

Niet dat je niet met verwachting naar de kerk gaat.
Dat bedoel ik niet.

Maar, je dacht – denk ik zo – vandaag doe ik belijdenis.

Of Sander, Teun en Reinder Jan doen belijdenis.
Ik ga er eens voor zitten…

Of mijn man, mijn vriend doet belijdenis.
Of mijn kind doet belijdenis.
Of mijn kleinkind…

Maar dit had je vanmorgen vast niet verwacht.

Wat?

Nou dat je ongedacht, onverwacht zomaar in een volksoploop verzeild raakt.

En je kunt niet blijven zitten.
Of aan de kant blijven staan.
Zo’n beetje van een afstandje toekijken en denken ‘Wat een drukte…’.

Nee, je wordt er helemaal bij betrokken…

Waarbij?
Nou bij de volksoploop.

Alhoewel oploop.
Het is meer een optocht.

Een ‘menigte’ (vers 8 en 9).
Een grote stoet dus richting Jeruzalem.


Er wordt geroepen en gezongen:

‘Hosanna’.

Het klinkt een beetje als ‘Hoera’ in de oren!
Het geeft iets vreugdevol.
Iets blij makends.

‘Hosanna’.

Het klinkt als Opwekking 298.
Je zou zo meezingen:
Hosanna, hosanna, hosanna in de hoge. 2x
Heer, ons hart is vol lof.
Wij verhogen uw Naam.
Wees verheven, o Heer mijn God,
hosanna in de hoge.

Inderdaad.
Je zingt onbewust zomaar mee.

Daarom zei ik al:
We kunnen helemaal niet blijven zitten.
We kunnen niet aan de kant blijven staan.
We kunnen niet van een afstandje toekijken…


Nee, we schuiven wat naar voren!
En roepen mee: ‘Hosanna’.

We schuiven ook naar voren zodat we goed kunnen zien wat er gebeurt.

Hoor! 

Hoor wat ze zingen:
‘Hosanna, de Zoon van David!’

De Zoon van David?
Welke David?
David, de Koning?

Komt de Zoon van koning David naar de koningsstad: Jeruzalem?
‘Hosanna, de Zoon van David! Gezegend Hij Die komt in de Naam van de Heere! Hosanna, in de hoogste hemelen!’

Hoor je het?

‘Zie je al wat?’ vraagt een omstander.
‘Zie je al wat?’

‘Moet je kijken. Ze hakken palmtakken af om mee te zwaaien!’

Palmtakken hebben toch iets van eer en overwinning.
‘Oh kijk, ze leggen de takken op de weg!’


Je gaat op je tenen staan,
Je dringt je nog wat verder naar voren.

‘Kijk, ze doen hun mantels af leggen hun kleren op de weg’.

Het lawaai, nou ja lawaai…
Het gezang wordt steeds luider.
De stoet komt dichterbij!

Er wordt nog meer geroepen:

‘Gezegend het Koninkrijk van onze vader David, dat komt in de Naam van de Heere! Hosanna in de hoogste hemelen!’
[i]


‘Gezegend is de Koning, Die daar komt in de Naam van de Heere. Vrede in de hemel en heerlijkheid in de hoogste hemelen’
[ii] roepen ze volgens Lukas.

Vrede en heerlijkheid in de hoogste hemelen… 
Het lijkt wel een Kerstfeest… 

Ondertussen zie ik ook wat lange gezichten.
Dat is altijd zo…

Een paar Farizeeën stoten elkaar hoofdschuddend aan.
Ze mopperen: ‘Kijk nou, de hele wereld loopt achter Hem aan’.[iii]

Maar wij focussen niet op lange gezichten.
Wij focussen op Hem die bezongen wordt.


‘Zie je al wat?’ 
vraagt iemand.

Ja!
Daar…

Op een ezel!
Een kleintje nog…

Dat is ‘m, dat moet Hem zijn.

De Zoon van David…

En voor je het weet, roep je mee: ‘Hosanna!’

‘Hosanna!’


Nu is ‘hosanna’ niet hetzelfde als ‘hoera’.
Zo klinkt het ons wel in de oren, in die vruegdevolle stoet.

Maar letterlijk betekent ‘Hosanna’, ‘Hosha Na’ zoiets als ‘Help nu!’ (Help toch!)

Er wordt dus geroepen: ‘Help nu Zoon van David! Gezegend Hij Die komt in de Naam van de Heere’.

Maar er klinkt iets van ‘hoera’ doorheen.

Iets feestelijks.

Het is te merken dat iedereen ervan overtuigd is, dat er nu iets belangrijks staat te gebeuren.

Nu gaat het gebeuren!

Nou ja, er gebeurt ook iets belangrijks.

Maar zullen ze daar en toen vermoed hebben, wat er eigenlijk gebeurt?


En hoe zit dat hier en nu?

Hebben wij eigenlijk wel helder wat er gebeurt?

Het is vandaag de laatste lijdens zondag.
Zeven zondagen stonden we stil bij de lijdensgeschiedenis van de Heere Jezus.
Komende week volgen we de lijdensgeschiedenis vanuit het Mattheüs evangelie richting Pasen.
‘Als een Lam!” in de Voorhof en Dorpskerk.

Wij weten – hier en nu – dat Jezus onderweg is naar Jeruzalem, om daar te sterven.


‘Precies’, zegt iemand, ‘precies. 
En daarom is al die ophef erg overdreven.

Vandaag ‘Hosanna’, straks ‘Kruisigt Hem’. 

Doe maar niet zo uitbundig.

Emotiebesmetting, dat is het.

Niks meer, niks minder…’

Ja, ja 

Maar heb je door dat Jezus Zelf de hand heeft in alles wat hier gebeurt.

Hij stapt in ieder geval niet van het ezeltje om te zeggen: 
‘Ja mensen, stop nu maar met dat geroep.
Stop nu maar met dat gedoe met die palmtakken…
Stop nu maar met uw klederen op de weg te leggen…

Want voor het eind van de week zult u allemaal ‘Kruisigt Hem’ roepen…’

Nee, Hij laat het Zich welgevallen.

Hij snoert de Hosanna roepers niet de mond.

Waarom niet?

Omdat Hij inderdaad komt om te redden.

‘Hosanna’, help toch, red toch.

Zowaar als Hij Jezus heet, zal Hij redden…
Helpen, uithelpen.

Jezus is zoals Hij heet: Zaligmaker…

Met Zijn discipelen is Jezus in Bethfagé bij de Olijfberg gekomen.
Over Betfagé is niet veel bekend. 
Het ligt aan de uiterste rand van Jeruzalem.
Op een sabbatsreis.

De Olijfberg kennen we wel.
Hier zal het einde en het oordeel over Jeruzalem aangekondigd worden.[iv]
Hier zal Jezus de weg van het lijden aanvaarden.[v] 

De Olijfberg is ook de plaats van de hemelvaart.[vi]
En de plaats van de wederkomst, de plaats waar de HEERE zal verschijnen in heerlijkheid.[vii]

Daar roept Jezus twee discipelen bij zich en geeft hun een opdracht:
2Ga het dorp in dat voor u ligt, en u zult meteen een ezelin vinden die vastgebonden is, en een veulen bij haar; maak ze los en breng ze bij Mij.
3En als iemand iets tegen u zegt, moet u zeggen dat de Heere ze nodig heeft, en hij zal ze meteen sturen.

Als een Koning vordert Hij een ezelin en een veulen.

Opmerkelijk dat een ezelin en een veulen al voorkomen in de zegen van Juda.
10De scepter zal van Juda niet wijken
en evenmin de heersersstaf van tussen zijn voeten,
totdat Silo komt, en Hem zullen de volken (inclusief het Nederlandse) gehoorzamen.
11Hij bindt zijn jonge ezel aan de wijnstok en het veulen van zijn ezelin aan de edelste wijnstok

Mattheüs citeert echter een andere profetie.
Namelijk die van Zacharia negen, die we zojuist lazen.

Mattheüs zegt:
4Dit alles is gebeurd opdat vervuld zou worden wat gesproken is door de profeet, toen hij zei:
5Zeg tegen de dochter van Sion: Zie, uw Koning komt tot u, zachtmoedig en gezeten op een ezelin en een veulen dat een jong van een jukdragende ezelin is.


Jezus Zelf heeft dus gedacht aan deze profetie.
Jezus Zelf heeft Zijn intrede in Jeruzalem dus Zelf georkestreerd.


Pas later is dat bij de discipelen doorgedrongen.
Later.
Net als na Pasen bij de Emmaüsgangers…
‘O onverstandigen en tragen van hart! Dat u niet gelooft al wat de profeten gesproken hebben!
Moest de Christus dit niet lijden en zo in Zijn heerlijkheid ingaan?

En Hij begon bij Mozes en al de profeten en legde hun uit wat in al de Schriften over Hem geschreven was.’[viii]

Jezus komt Jeruzalem niet ‘hoog te paard’ binnen.
Hij komt niet als een machtige, trotse tiran…

Andere koningen zullen misschien denken: ‘Nou, als ik ergens binnenkom, dan moet dat wel zo imposant mogelijk zijn.
Dat moet wel direct grote indruk wekken en ontzag inboezemen.
Borst vooruit, nek naar achteren, hoofd omhoog, kin naar voren en wuiven maar…’

Nee, Jezus komt op een jonge ezel.

Hij komt als de Vredevorst, de Koning van de vrede.
De Kruiskoning komt op een veulen van een ezel.

Zoals Zacharia het zegt:
Zie, uw Koning komt tot u, zachtmoedig en gezeten op een ezelin en een veulen dat een jong van een jukdragende ezelin is


Zachtmoedig.
Op de rug van veulen van een jukdragende ezelin.

Hij wordt vorstelijk onthaald.

Het lijkt wel of de hele stad op de uitkijk staat.
Het lijkt wel of iedereen meedoet en ‘Hosanna’ roept.

‘De hele stad loopt achter Hem aan’, mopperen de Farizeeën dan ook.

Ook de kinderen doen mee.
Misschien wel bij vader op de schouders.
Misschien wel wat naar voren geduwd, zodat ze niet tegen allemaal ruggen aankijken.

‘Zwaai maar met die tak!’

Roep maar: ‘Hosanna, de Zoon van David! Gezegend Hij Die komt in de Naam van de Heere! Hosanna, in de hoogste hemelen!’

Misschien denken ze wel dat Hij het is die zal verlossen van de Romeinen.
Misschien denken ze wel dat Hij het is die het koningschap van David zal herstellen.

Nou ja, wat ze ook denken.
Ze roepen!

Ze roepen: ‘Hosanna’.

“Heere help toch”.


Zal Hij de verlossing brengen?

Met Pesach zullen ze als laatste Psalm 118 zingen.

Och HEERE, breng toch heil;
och HEERE, geef toch voorspoed.
Gezegend wie komt in de Naam van de HEERE! 
(Psalm 118:25,26).

Zal Hij?

Inderdaad, Hij zal!
Jezus komt heil en voorspoed brengen.
Gezegend wie komt in de Naam van de HEERE!


Daar komt Hij de Vredevorst.

Vanmorgen is Hij ook hier.
In ons midden!

Roep je mee?
Hosanna!
Heere, help toch!

Help toch… in mijn huwelijk dat dreigt te stranden…
Help toch… in mijn huwelijk dat gestrand is…
Help toch… bij de opvoeding, soms zit ik met de handen in het haar…
Help toch… de uitslag in het ziekenhuis viel zo tegen…
Help toch… in mijn eenzaamheid…
Help toch… in mijn angsten…
Help toch… de verslaving is zoveel sterker dan ik…
Help toch… bij het geven van leiding…
Help toch… ik heb licht nodig…
Help toch… ik heb lucht nodig…

Help toch…

Hosanna!

Als ik het zo zeg, dan klinkt het opeens stukken anders dan ‘hoera’…
Dan zou je er bijna van gaan huilen.

Over huilen gesproken.
Lukas beschrijft in zijn evangelie ook dat Jezus moet huilen als Hij de stad nadert.[ix]
Jezus huilt, omdat Hij al ziet hoe het zal gaan.

Maar Mattheüs zegt niets over tranen.
Bij Mattheüs heeft de intocht iets feestelijks.

Het ‘Hosanna’ ook!

Als Jezus de stad binnen komt vragen pelgrims zich af wat er aan de hand is.
Mensen vragen aan elkaar: ‘Wie is Dat?’

Het antwoord bij Mattheüs luidt: ‘Dat is Jezus, de Profeet uit Nazareth in Galilea.’

Het klinkt een beetje schamper.

Jezus, de Profeet uit Nazareth in Galilea.’

De Zoon van David wordt hier wel Profeet genoemd.
Maar profeet uit Nazareth, Galilea. 
Profeet uit dat donkere gat in het noorden.

Zullen zij ook gedacht hebben aan Deuteronomium 18
‘Ik zal een Profeet voor hen doen opstaan uit het midden van hun broeders, zoals u. Ik zal Mijn woorden in Zijn mond geven, en alles wat Ik Hem gebied, zal Hij tot hen spreken’.[x]


Wat gebeurt er nou eigenlijk op Palmpasen?
Wat gebeurt er nou eigenlijk vandaag?

Gaat het ook vandaag niet om de vraag:
‘Wie is Jezus?’.

Gaat die vraag ook niet ons allen aan.
Niet alleen degenen die vandaag belijdenis doen.
Maar ons allemaal.

Mag ik vanmorgen vragen aan jou en aan jou, en aan jou:
Wie is Jezus?

Belijd je Hem nu als Profeet uit Nazareth in Galilea?

Nou ja, Profeet, dat is Hij.
Hij doorziet.
Hij ontmaskert.
Hij preekt!
Hij onderricht.

Maar… luister je ook naar Hem?
Luister je naar Zijn onderwijs?
Of erger je je aan Zijn onderwijs?

Dat kan hè.
De Farizeeërs ergerden zich in ieder geval wel aan Hem.

Al zullen ze vast wel aangevoeld hebben, dat Hij altijd met gezag sprak.
Dat wat Hij zei, hout sneed.

Dus ja.
Hij is Profeet.

Dat zegt, dat belijdt mijn kapper trouwens ook.
Hij is moslim.
Maar hij belijdt Jezus wel als Profeet.

Daarom moeten we meer zeggen, meer belijden als ‘Jezus is Profeet’.

Hij is DE Profeet.
Eén van de gereformeerde belijdenisgeschriften, de Heidelbergse Catechismus, zegt:
Hij is onze hoogste Profeet en Leraar.
Hij heeft ons de verborgen raad en wil van God ten aanzien van onze verlossing volkomen geopenbaard.


Tegelijkertijd belijd je meer!

Jezus is niet alleen Profeet.
Hij is ook onze Hogepriester.
Niet Kajafas, niet Annas, maar Jezus is DE Hogepriester.

En Hij is tegelijk het Lam.
Met het offer van Zijn lichaam heeft Hij ons verlost.

Verlost?
Waarvan?

Van zonde en schuld!

En dat niet alleen.
Als Hogepriester bidt Hij voor ons bij de Vader.

Wonderlijk als je dat bedenkt.
Jezus geeft niet alleen Zijn leven, voor jou.
Hij bidt ook voor je.
Hij bidt voor Sander, voor Teun, voor Reinder Jan, voor ons allen, opdat wij vol zullen houden.

Vraag maar aan Petrus.
Satan legt hem op de zeef.
Maar Jezus zegt:
Simon, Simon, zie, de satan heeft u allen (allen!) opgeëist om te ziften als de tarwe.
32Maar Ik heb voor u gebeden dat uw geloof niet ophoudt.

Dat was nog voor de verloochening…

Hij zorgt, Hij bidt ook voor jou!

En dat is nog niet alles.
Hij is niet alleen DE Profeet en DE Hogeprietser.

Hij is ook DE Koning.
Onze eeuwige Koning, 
Die ons met Zijn Woord en Geest regeert, 
en ons bij de verworven verlossing beschut en behoudt. 
Dat wil zeggen:
Hij beschermt ons en zorgt er ook voor dat jij de verlossing niet verliest, die door Hem verdiend is. 

Hij is de Messias.
Hij is de Christus.

Wie is Jezus? 
Hij is de Christus.
Onze Koning, onze Priester, onze Profeet.[xi]

Zeg je het mee met de belijdeniscatechisten?
‘Hij is mijn Koning!’
Ik kniel voor Hem.
Hij mag regeren over mijn leven!

Zeg je het mee met de belijdeniscatechisanten?
‘Hij is mijn Priester!’
De Priester die tegelijkertijd het Lam is.
Met Zijn bloed kocht Hij mij vrij!

Zeg je het mee met de belijdeniscatechisanten?
‘Hij is mijn Profeet!’
Hij heeft het heil volkomen bekend gemaakt!



Wat zeg je?

‘Hosha Na’! ‘Help nu!’ ‘Help toch!’

Zie Hij gaat Jeruzalem binnen om daar te sterven.

Naast Hem zal vrijdag een moordenaar hangen.

Een moordenaar die aan het einde van zijn leven de vraag over de lippen krijgt.

Help toch…
Heere, denk aan mij, als U in Uw Koninkrijk gekomen bent.

Jezus zegt niet: ‘Joh, zoek het uit…
Ik heb nu even genoeg aan Mijzelf…’

Nee… 

Voorwaar, zeg Ik u, heden zult u met Mij in het paradijs zijn.[xii]

U bent vanmorgen in de kerk gekomen.
En je dacht misschien ‘Ik ga vanmorgen maar eens lekker zitten en luisteren…’
Maar dit had je niet verwacht.
Wat?
Nou dat je ongedacht, onverwacht zomaar in een volksoploop verzeild zou raken.

Maar zul je Hosanna roepen? 
Roep je mee?

Heere ontferm u.

Dan zal het Halleluja volgen!

Gezegend Hij Die komt in de Naam van de Heere!
Gezegend Hij Die gekomen is in de Naam van de Heere!

Maranatha.

Kom Heere Jezus, ja kom haastig.

Nog even…
Dan roepen we geen Maranatha meer!
Dan is Hij gekomen om Zijn Koninkrijk te vestigen!

Nog even…
Dan roepen we geen Hosanna meer!

Dan zal het volmaakt zijn!

Wat roepen we dan wel?
Halleluja!

Lof zij het Lam!

Amen!


[i] Markus 11:10.
[ii] Lukas 19:38.
[iii] Johannes 12:19.
[iv] Mattheüs 24:3.
[v] Mattheüs 26:30.
[vi] Handelingen 1:12.
[vii] Zacharia 14:4.
[viii] Lukas 24:25-27.
[ix] Lukas 19: 41-44.
[x] Deuteronomium 18:18.
[xi] Vgl. H.C. Zondag 12. Vr.31. Waarom is Hij Christus, dat is een Gezalfde, genaamd?

Antw. Omdat Hij van God den Vader verordineerd is, en met den Heiligen Geest gezalfd, tot onzen hoogsten Profeet en Leraar, Die ons den verborgen raad en wil Gods van onze verlossing volkomenlijk geopenbaard heeft; en tot onzen enigen Hogepriester, Die ons met de enige offerande Zijns lichaams verlost heeft, en voor ons met Zijn voorbidding steeds tussen treedt bij den Vader; en tot onzen eeuwigen Koning, Die ons met Zijn Woord en Geest regeert, en ons bij de verworven verlossing beschut en behoudt.

Vr.32. Maar waarom wordt gij een Christen genaamd?Antw. Omdat ik door het geloof een lidmaat van Christus en alzo Zijner zalving deelachtig ben, opdat ik Zijn Naam belijde, en mijzelven tot een levend dankoffer Hem offere, en met een vrije en goede consciëntie in dit leven tegen de zonde en den duivel strijde, en hiernamaals in eeuwigheid met Hem over alle schepselen regere.

[xii] Lukas 23:42-43.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s