Preek gehouden op 5 januari 2025 in de Dorpskerk van Vreeswijk Nieuwegein.
Gemeente van onze Heere Jezus Christus,
Kinderen kunnen op hun vader lijken.
Je houdt van dezelfde muziek.
Je houdt van dezelfde sport.
Je raakt alle twee geëmotioneerd van dezelfde dingen.
Alle twee tranen bij een winnend doelpunt…
Je doet bijna dezelfde dingen.
Eigenlijk ben je je vader, maar dan in het klein.
In ieder geval zeggen de mensen:
‘Echt een kind van zijn of haar vader’.
Vanmorgen horen we een 12-jarig kind zeggen:
‘Wist u niet dat Ik moet zijn in de dingen van Mijn Vader?’ (49).
Hij is écht een Kind van Zijn Vader.
Kind van de Vader.
Daarover gaat het vanmorgen.
Daarover gaat het ook in ons leven…
Het gaat allemaal snel in Lukas 2.
Ga maar na.
Vers één tot met zeven: een situatieschets en de geboorte.
Vers acht tot en met 21: herders en engelen.
Vers 22 tot en met 40: Simeon en Anna.
Vers 41 tot en met 52: De twaalfjarige Jezus in de tempel.
Oorspronkelijk wilde ik vanmorgen preken over Anna, of kerk zijn in 2025.
Een update van een eerder gehouden preek.[i]
Maar omdat ik hier altijd het rooster volg van onze kinderen, vanmorgen dus vers 41-52.[ii]
Dan kun je straks of van de week ook met je kinderen door praten over de dienst.
‘Wat is er verteld?’
‘Vind je het niet mooi dat…?’
‘Heb je gemerkt dat…’.
Zoiets.
Ga het gesprek aan.[iii]
Probeer in ieder geval meer te doen dan te vragen:
‘Was het leuk?’
Al is dat natuurlijk ook belangrijk.
Goed, Kind van de Vader.
Ik heb me afgevraagd waarom Lukas deze geschiedenis heeft opgenomen in zijn evangelie.
Waarom deze geschiedenis hier?
Je kunt zeggen: ‘Omdat Lukas dit op moest schrijven van de Heilige Geest’.
Ja, dat is zo.
Maar waarom hebben Mattheüs, Markus en Johannes deze geschiedenis niet?
Lukas schrijft aan Theofilus
Wie die Theofilus precies is, daarover verschillen uitleggers van mening.
In ieder geval heeft Lukas alles van voren af aan nauwkeurig onderzocht.
Ooggetuigen en dienaren van het Woord gesproken.
En toen een geordend verslag geschreven.
Een geordend verslag dat wij kennen als het Evangelie naar de beschrijving van Lukas.[iv]
Waarom deze geschiedenis hier?
Ik merkte wel dat als je Lukas twee in één keer doorleest, alle Kerstdrukte die wij maken, een beetje overdreven lijkt.
Aan het eind van het hoofdstuk hoor je geen engelen zingen.
De herders zijn al lang weer vertrokken.
Bij Zijn besnijdenis ook al geen grote drukte.
In ieder geval geen spektakel.
In de tempel alleen paar oude mensen.
Simeon en Anna.
Dat is het dan…
En dan de geschiedenis van vanmorgen.
Jezus is in de tempel.
Niet-Joodse, Romeinse, heidense lezers – daarvoor schrijft Lukas toch – waren gewend aan sterke verhalen.
Zeker als het gaat om de jeugd van helden.
We lezen echter niet dat Jezus wonderen deed op het schoolplein, of zo.
Jezus’ jeugdjaren zijn niet zo spannend als niet-Joodse, Romeinse, heidense lezers zouden verwachten.
Misschien valt het jou ook wel tegen.
Het is ondertussen veelzeggend.
Het gaat niet om het spektakel.
Jezus neemt in nederigheid plaats onder de mensen.
Hij is echt mens.
Ook echt Kind geweest.
Misschien is dat een eerste antwoord op de vraag ‘Waarom deze geschiedenis hier?’.
Hij is echt mens.
Alsof Lukas aan wil geven. Hij is een bijzondere jongen, maar tegelijkertijd een gewone jongen.
Een gewone jongen Die met Zijn ouders meegaat naar de tempel.
Een 12-jarige jongen in de tempel.
Je kunt aan bar-mitswa denken, dus dat Jezus verantwoordelijk wordt tegenover God om zich aan alle geboden en verboden te houden.
Jezus is in ieder geval in de tempel, het Huis van God.
Aan het eind van het evangelie lezen we van zijn leerlingen:
‘En zij waren voortdurend in de tempel, terwijl ze God loofden en dankten’.[v]
Leerlingen doen als Hij…
Jezus is met Zijn ouders voor het feest van het Pascha naar Jeruzalem gereisd.[vi]
Het gezin blijft tot het einde van het feest.
Dan gaan ze naar huis, maar het Kind Jezus blijft in Jeruzalem achter, zonder dat Jozef en Zijn moeder het weten.
Waarschijnlijk denken zij: ‘Hij zal wel bij Zijn vriendjes lopen. Of bij familie zijn’.
Zo trekken Jozef en Maria een dagreis ver naar huis.
Om dan pas te ontdekken ‘Jezus is er niet’.
‘Waar is Jezus?’.
Je ziet het voor je.
Vragen aan familie, vragen aan bekenden: ‘Heb je Jezus gezien?’.
En dan steeds hetzelfde antwoord.
‘Nee’.
Ik denk dat Maria tegen Jozef heeft gezegd (of Jozef tegen Maria) ‘We hadden eerst moeten checken waar Hij was, voordat we op weg gingen’.
Ja, gemeente het kan aan mij liggen, maar voordat je weggaat altijd eerst tellen.
Heb ik al mijn kinderen?
Ik heb één keer meegemaakt dat een kind van een grote club op een kinderdag achterbleef.
De hele club was met een bus weg naar huis gereden.
Het kind was vergeten en achtergelaten.
Ik dacht toen al: ‘Als het om mijn kind zou gaan, zou ik razend zijn op de leiding’.
Ik heb de leiding later ingepeperd: ‘Eerst tellen en dan pas rijden’.
Goed.
Jezus is nergens te vinden.
Wat doe je dan?
Terug naar de plek waar je Hem het laatst hebt gezien.
Als je Jezus kwijt bent, terug naar waar je Hem nabij wist.
Jozef en Maria keren terug naar Jeruzalem.
Daar zoeken ze drie dagen.
Jezus drie dagen zoek in Jeruzalem.
Waar doet je dat aan denken?
Jozef en Maria zullen – denk ik – de slaap niet kunnen vatten.
Doodongerust.
Waarschijnlijk ook wel vol zelfverwijt: ‘Hadden we maar…’.
Misschien wel verwijten aan elkaar.
‘Jij zou toch…?’. ‘Waarom heb je niet…?’.
Spanning kun je zomaar op een ander af reageren….
Soms zeg je onder spanning dingen tegen elkaar, waar je achteraf weer spijt van hebt.
Maar gelukkig…
Na drie dagen vinden ze Jezus, gezond en wel.
Jozef en Maria vinden Jezus in de tempel.
Hij zit te midden van de leraars.
Hij luistert en stelt vragen.
Even tussendoor: Veel mensen stellen wel vragen, maar luisteren nooit, of slecht.
Nou ja, niet in Nieuwegein natuurlijk.
Jezus luistert.
Hij geeft ook antwoorden.
Allen die Hem horen, staan versteld van Zijn verstand en antwoorden.
Goed.
Jozef en Maria hebben Jezus eindelijk gevonden.
Wat doe je dan als eerste?
Verwijten maken?
Boos worden?
Bestraffen?
Ik denk dat Maria Jezus aan haar hart drukt.
Gelukkig, ik heb Je gevonden.
Dan zegt ze:
‘Kind, waarom hebt U ons dit aangedaan? Papa en mama waren zo bang. We hebben je overal gezocht’.
En dan onze tekst.
Hij zegt tegen hen:
‘Waarom hebt u Mij gezocht?
Wist u niet dat Ik moet zijn in de dingen van Mijn Vader?’.
Dat Hij in het huis van Vader is, dat is voor Hem blijkbaar zo vanzelfsprekend dat Hij Zelf aan niets anders heeft gedacht.
Niet aan Jozef en Maria.
Niet aan Nazareth.
Niet aan de timmerzaak, of wat dan ook.
‘Waarom hebt u Mij gezocht?
Wist u niet dat Ik moet zijn in de dingen van Mijn Vader?’.
Maria moet al heel vroeg leren, weten, dat zij de zorg voor haar Zoon in Hogerhand moet leggen.
Zij moet vooral weten – leren – dat haar Zoon de Zoon van God is.
Waarom deze geschiedenis hier?
De lezer moet van begin af duidelijk zijn dat deze Jezus niets liever wil dan heel Zijn leven besteden aan de wil van Zijn hemelse Vader.
Daartoe is Hij op aarde gekomen.
Daarom zegt Hij: ‘Waarom hebt u Mij gezocht?
Wist u niet dat Ik moet zijn in de dingen van Mijn Vader?’.
In eerste instantie, bij oppervlakkige lezing kunnen de eerste woorden die Jezus spreekt in het Lukas evangelie brutaal overkomen.
Maar dat is het niet!
Moeder Maria moet leren een aantal stappen terug te doen.
Jezus is Zich namelijk bewust van Zijn hoge roeping.
In de tempel studeert Hij het programma van Zijn leven in.
Jezus is Gods Zoon. (Vgl. Luk. 1:32, 35).
Dát bindt Jezus Zijn moeder op het hart.
Hoe moeilijk Maria en Jozef het daarmee hebben, bewijst vers 50
50En zij begrepen het woord niet dat Hij tot hen sprak.
Ook later heeft Maria het nog niet helemaal goed begrepen.
In Lukas 8[vii] lezen we dat Maria en Zijn broers op Jezus staan te wachten.
Ze kunnen niet bij Hem komen.
Dan zeggen sommigen tegen Hem: ‘Uw moeder en Uw broers staan buiten en willen U zien’.
Maar Hij antwoordt: ‘Mijn moeder en Mijn broeders zijn dezen, die het Woord van God horen en dat doen’.
Ook zo’n gedeelte dat duidelijk maakt dat we met een bijzondere Man te maken hebben.
Hier met een bijzondere Jongen.
Niet vergeten: de 12-jarige Jezus is Gods Zoon!’
Hij is Dezelfde als Degene Die in hoofdstuk 24 kwijt is.
Dan gaan ze terug naar Nazareth.
Jezus is zijn ouders onderdanig, lezen we in vers 51.
Moeder Maria bewaart al deze dingen in haar hart.
De geschiedenis eindigt met de woorden:
52En Jezus nam toe in wijsheid en in grootte en in genade bij God en de mensen.
Het Kind van Kerst, het Kerstkind groeit in wijsheid, in grootte en in genade bij God en mensen.
Ik dacht: Eigenlijk zien we Jezus’ leven in deze geschiedenis al helemaal beschreven.
Maria’s vermiste Kind is de Zoon van de Allerhoogste.[viii]
Hij is niet van huis weggelopen, zoals de jongste zoon uit de gelijkenis van Lukas 15.
Hij is van Huis weggestuurd.
Nou ja Hij is vrijwillig van Huis gezonden naar deze donkere en zondige wereld.
Waarom?
Om verloren mensen; mensen die vervreemd zijn van God op te zoeken, op te halen en Thuis te brengen.
Om jou en mij Thuis te brengen bij Vader.
Jezus is helemaal in ons bestaan gekomen.
In ons door zonde aangetaste, gebroken bestaan.
Dat was de wil van Zijn Vader.
Hij heeft ons bestaan doorleefd.
Doorleefd hoeveel pijn het doet, als een mens God kwijt is.
Hij heeft het met heimwee naar Huis doorleefd.
Hij heeft geleden.
Hij heeft de ernst van de zonde, de ernst van de straf doorleefd.
Op Golgotha is Hij in de diepste nood van Gods verloren zonen en dochters afgedaald.
Psalm 69:10 zal in Hem vervuld worden:
‘Want de ijver voor Uw huis heeft mij verteerd’;
In Zijn jongste jaren al wordt Hij klaargemaakt voor Zijn levenstaak.
Daarom staat de geschiedenis hier.
Volgende week is het Heilig Avondmaal.
Bij brood en wijn denken we aan Zijn offer.
Zijn lichaam en Zijn bloed.
Vanmorgen horen we de geschiedenis van een Jongen van 12 jaar.
Hij is de Zaligmaker.
Hij kent jou door en door.
Hij kent de raadsels van je leven.
Hij peilt het diepst van je gedachten.
Hij is een Zaligmaker Die jou bij de hand neemt.
Een Zaligmaker die in jouw plaats de wil van de Vader volbrengt.
Een Zaligmaker Die voor je uit is gegaan naar het Vaderhuis.
Hij kijkt jou vanmorgen diep in je ogen.
Zul je er zijn volgende week?
Dan kun je het horen, zien en proeven.
‘Ik voor jou…’
Amen.
[i] Zie https://glismeijer.com/2019/12/30/anna-of-kerk-zijn-in-2020/, d.d. 2025-01-02.
[ii] Zie https://vertelhetmaar.nl/rooster/2025-2/, d.d. 2025-01-02. Je kunt dus thuis bekijken welke Bijbelgedeelten met je kinderen in 2025 besproken worden.
[iii] Vgl. Deuteronomium 6:7. U moet ze uw kinderen inprenten en erover spreken, als u in uw huis zit en als u over de weg gaat, als u neerligt en als u opstaat.
[iv] Zie Lukas 1:1-4.
[v] Zie Lukas 24:53.
[vi] Zie https://glismeijer.com/2024/11/24/een-pelgrimslied/ en https://glismeijer.com/2020/07/20/uitzien-naar-reddende-genade/, d.d. 2025-01-02.
[vii] Zie Lukas 8: 19-21.
[viii] Zie Lukas 1:32.

‘Ik voor jou…’ , het evangelie in drie woorden, met een onpeilbaar diepe betekenis 🙏
Dank voor de goede verkondiging gistermorgen Gertjan, en fijn dat jullie veilig en wel zijn aangekomen, ondanks de niet al te beste weersomstandigheden. Gespaard en bewaard🙏🏾
Ook de verkondiging op Oudjaarsavond over Psalm 90 was mooi.
Fijn dat je ook weer bezoekjes mag afleggen samen met broeder Henk O.
Hartelijke groeten voor jou en Lianne,
van Li@.
Aanvulling: hartelijke en zegenrijke groeten.